Lordy79 schreef op zaterdag 14 augustus 2021 @ 21:44:
[...]
Goed... Ik heb eea wat je hebt gepost gelezen. Maar ik ben nog niet tegengekomen waarom jij denkt dat Jan Modaal en minder verdienenden het zullen accepteren dat ze flink aan koopkracht moeten invoeren.
Want dat moet volgens jouw ideeën. En elke econoom en socioloog zal je zeggen dat tenzij er een dictatuur komt in de EU / Nederland, dit niet geaccepteerd zal worden.
Dus de enige uitweg is inderdaad groene groei. Of dat lukt weet ik niet als jij niet. En er zou inderdaad flink belast moeten worden op milieubelastende zaken maar dat geld wat daarmee wordt opgehaald moet zeker en vast teruggegeven worden aan de lage tot 2x modale inkomens. Anders krijg je echt gedonder.
Ik ben helemaal niet 100pct voor het neoliberalisme van de afgelopen 30 jaar en het westen heeft zichzelf nogal in de vingers gesneden met het e.e.a.
Maar ik weet wel dat als je Henk en Ingrid het beetje koopkracht dat ze nog hebben afpakt, je een volksopstand gaat krijgen.
Let wel: ik heb het niet alleen over de Nederlandse Henk en Ingrid maar ook die van o.a. België, Frankrijk, Italië en Griekenland.
Jan Modaal, noch Henk en Ingrid, noch de overheid, heeft wat te zeggen over de koopkracht die over blijft.
Als de verandering sneller gaat dan ons aanpassingsvermogen (wereldwijd) dan is er bottom-line minder over voor ieder.
Concreet wil dat zeggen minder brood in de supermarkt, minder aanbod, dus hogere prijzen, dus minder geld/koopkracht voor andere zaken.
In die zin wordt het (nog meer dan het al is) een zero-sum-game: alles wat wij ons toe weten te eigenen, hebben wij meer dan anderen.
"Koopkracht" is de laatste honderd jaar relatief stabiel omdat we in een redelijk stabiel ecosysteem verkeren en we boven op dat stabiele ecosysteem een stabiel transport systeem en economie hebben gebouwd. Als de fundering daar onder weg valt dan gaat Jan Modaal, Henk, Ingrid, en iedereen dat merken omdat goederen niet/minder beschikbaar zullen zijn.
De pandemie heeft al laten zien wat er gebeurt als er een hic-up in de supply-chain komt, bijvoorbeeld productie van auto's die stil komt te liggen door tekorten aan chips/componenten. Nu is dat niet terug te zien in de prijs van een auto omdat de hic-up relatief kort was, maar als er strutureel hic-ups zijn, of hele delen van de supply-chain weg vallen, dan ga je dat zeker merken in de prijzen.
En de supply-chain omvat ook kennis/fabrieken voor assemblage tot aan het delven van grondstoffen.
Voorbeeld: het delven van bauxiet, de grondstof voor aluminium:
Wikipedia: Bauxite
Wordt niet gewonnen in Europa of de VS, en Australie en China zijn de grootste producenten. Als door klimaatverandering Australie veranderd in een onleefbare woestijn [
IPCC, 2018], en de bauxietwinning valt terug, dan hebben wij daar ook last van en zal alles met aluminium er in duurder worden.
Ook India staat op
mijn lijstje van landen met een hoog risico op disruptie van supply-chains. Een significant deel van onze chemische basisstoffen komen daar vandaan, en het land is erg kwetsbaar voor extreme weersverschijnselen.
Mijn persoonlijk grootste zorg met klimaatverandering is de beschikbaarheid van goederen en grondstoffen, en de problemen die DAAR weer uit voort vloeien.
We zitten in zekere zin in een volledig afhankelijke positie van wat er elders in de wereld gebeurt, en de geopolitieke verhoudingen die kunnen veranderen. Dan kun je hier zelf de dijk wel een paar meter hoger maken, maar dan heb je nog steeds geen nieuwe iPhone 27 of je nieuwe raspberry PI of zelfs maar
genoeg koper om een electra kabel te trekken.
Ik vind de focus in dit topic op geld/economie/koopkracht redelijk naief en kortzichtig. De
potentiele impact van het probleem overstijgt zulke abstracte economische metrics, en naar mijn mening is het wijs om serieus werk te maken van contingency-scenarios om onze afhankelijkheid van andere regios te verminderen. Bijvoorbeeld het lokaal produceren van producten en half-fabricaten wat nu in potentieel kwetsbare gebieden gebeurt. Of uitzoeken hoe we bepaalde grondstoffen kunnen vervangen door grondstoffen die lokaal beschikbaar zijn (bijvoorbeeld bouwen met hout in plaats van steen en
cement)