GerGio schreef op zaterdag 4 oktober 2025 @ 13:03:
De tweede is democratische rechten, het hebben van deze rechten is een groot goed. Het probleem is dat er balans in moet zitten, want de sharia en de homorechten gaan niet samen. Om een extreem voorbeeld te noemen. Dus je kunt niet iedereen al zijn volledige rechten geven. Er moet een gezond midden hebben. Dat gezonde midden is gebaseerd op de opvattingen van mensen. Sommige conservatieve partijen zeggen weleens, doen we dat wel goed. Doen we daar geen mensen mee te kort door andere meer rechten te geven. Gaat dit nergens botsen. Dan vecht je voor het behoud van bepaalde rechten tegenover het geven van nieuwe rechten.
Daarom heb ik wat moeite met dit stukje van de grafiek. Omdat met name dit stukje heel vatbaar is voor wat iemand het midden van de democratische rechten vind.
We hebben in Nederland lang de traditie gehad van de liberale democratische rechtstaat, d.w.z. bijna iedere redelijke grote partij, dus ook de conservatieven, onderschreven de principes van liberale grondrechten. Deze sterke bescherming aan individuen vanuit het principe van positive vrijheid, d.w.z. vrijheid zonder al te veel beperkingen volgens liberaal principe. Alleen het probleem is dat zoiets alleen werkt als iedereen hetzelfde over vrijheid denkt, het grootste probleem van het liberalisme is dat vanuit eigen ideologie geen enkele mogelijkheid heeft om mensen een liberaal te laten worden in denken en doen, dat kan alleen indirect via overtuiging. Dit in tegenstelling tot conservatieve tot aan autoritaire bewegingen, die geen moeite hebben met het concept van negatieve vrijheid, d.w.z. beperkingen opleggen aan individuen en groepen.
Wat je ziet in Nederland maar ook in andere westerse landen, is dat het liberalisme en positieve vrijheidsaspect door bovenstaande niet kan voorkomen dat conservatieve en autoritaire opvattingen steeds populairder worden. In een liberale democratie ben je volledig vrij om binnen wettelijke grenzen deze juist af te breken, er is niemand die deze bewegingen tegenhoudt (ondanks wat men vaak beweert met samenzweringstheorieën over z.g.n. elites en "diepe staat").
En daarin zit imho de crisis van de liberale democratische rechtstaat en het liberalisme als stroming, het is te abstract om een oplossing te bieden voor sociaal maatschappelijke problemen en gaat op bepaalde vlakken ook in tegen menselijk gedrag om zich te organiseren en macht uit te oefenen als groepen. Te veel positieve vrijheid werkt ook machtsconcentratie in de hand, wat op haar beurt paradoxaal weer vrijheidsbeperkend kan werken.
Het probleem is dat je in het verleden er prominente politieke en filosofische denkers waren die politieke stromingen konden moderniseren en aanpassen, deze zijn er echter nauwelijks meer. Van elke belangrijke ideologie in onze politieke landschap kan ik persoonlijk op geen enkele bekende hedendaagse naam komen.
Niet dat filosofen in het verleden niet meer actueel zijn, zie ook:
We Are All Isaiah Berliners NowIn 1978, the renowned political theorist and historian of ideas Isaiah Berlin published “Nationalism: Past Neglect and Present Power,” his final and fullest account of nationalism. Berlin attempted to capture what he called, rightly, “the most powerful, single movement at work in the world today.” It is, Berlin warned in words all too relevant today, a movement that for those who failed to predict its growth “paid for it with their liberty, indeed, with their lives.”
For Berlin, the sources of this durability reside in our very nature. “The desire to belong to a community or to some kind of unit, which … has been national in the last 400 years,” Berlin once said, “is a basic human need or desire.” This, for Berlin, was less an argument than an acknowledgment—it is, quite simply, how we are built. The need for community is the common grain running through the crooked timber that constitutes humankind.
No less importantly, Berlin argued that while demagogues can and will exploit this wounded consciousness, they do not invent it. These wounds instead result from the savage pace of financial, technological, and social changes in liberal democracies. Ambitious politicians who pose as nationalists or populists do not inflict such wounds but instead inflame them for their own ends. What Berlin called “faux populists” seek to create an “elitist or socially or racially unequal regime, which is totally incompatible with the fundamental, if not fraternity then, at any rate, the passionate egalitarianism, of the real populist movement.”
By the same token, liberalism need not be blind to the human need to be recognized as members of something greater than the individual and the resentment that festers when this recognition is denied.
Ultimately, Berlin believed the cure to nationalism was more nationalism. Not, though, the closed and aggressive forms of political nationalism now simmering in the West but instead the open and defensive nationalism embodied by Herder. This form of liberal or civic or constitutional nationalism, since taken up by thinkers such as Jürgen Habermas, insists on the existential importance of an individual identifying with a group defined by a common language and values. But it also insists on the existential danger of transforming this sense of belonging into the reflex of abominating other groups.
De kritiek op het liberalisme is dus niet nieuw, maar je ziet dat het maar weinig invloed heeft gehad op het politieke landschap qua ideologie en beleid, wat Isaiah Berlin meer dan 40 jaar geleden voorspeld heeft is sinds begin deze eeuw grotendeels ook uitgekomen.
"When I am weaker than you I ask you for freedom because that is according to your principles; when I am stronger than you I take away your freedom because that is according to my principles"- Frank Herbert