Martin7182 schreef op zondag 11 april 2021 @ 21:49:
@
roelbouwman kun je dan een voorbeeld geven voor welke apparaten een aardlekbeveiliging wel relevant is? Ik zie vooral niet-dubbel geïsoleerde apparaten met metalen buitenkant via randaarde aangesloten en ik dacht altijd dat dat was omdat zulke apparaten gevoelig zijn voor aardfouten omdat er b.v. bewegende delen inzitten.
Lees mijn uitgebreide post hierboven. Je kunt een aardlekschakelaar inzetten voor drie doelen:
1. beveiliging tegen aanraking (van een stroomvoerende leiding (de fase)), waarbij de uitschakeling plaats moet vinden bij een hele kleine lekstroom, bijvoorbeeld als je je paperclip in een contactdoos stopt of je vinger in een open lampfitting steekt. Er vloeit dan een stroom door je lichaam naar aarde. Dat is gevaarlijk, en om die reden is in een woning een aardlekschakelaar van ten hoogste 30mA verplicht in groepen waar dat risico aanwezig is.
2. om er zeker van te zijn dat de aanraakspanning op een geaard, metalen gestel nooit hoger wordt dan een veilige 50V, in een installatie met een te hoge aardgeleidingsweerstand.
3. om als beveiliging te dienen tegen een L-PE sluiting, in een installatie met een te hoge aardgeleidingsweerstand.
(1) is altijd nodig en is in woningen verplicht op alle groepen waar een aanraakrisico is: dat zijn groepen met contactdozen voor algemeen gebruik en groepen met lichtpunten waar een leek geacht wordt de lamp te kunnen vervangen. Alle andere groepen hoef je niet hier tegen te beveiligen.
(2) en (3) zijn alleen nodig in een installatie waar de aardgeleidingsweerstand te hoog is. Wat is "te hoog"? Dat hangt af van de exacte situatie. In een installatie met alleen maar B16 groepen kom je op ongeveer 2 ohm uit als bovengrens. Eigenlijk kun je hier gewoon de stelregel aanhouden: het is nodig bij een TT-aarding, en niet nodig bij een TN-aarding.
Oftewel: als de aarde geleverd wordt door de netbeheerder (en bij de hoofdzekering gewoon aan N hangt) dan zijn (2) en (3) niet nodig en simpelweg onzin.
Als de aarde van de installatie door een eigen aardpen wordt geleverd dan is het meestal wel nodig. En doe het in die sutiatie maar gewoon, want zelfs al is de aardgeleidingsweerstand op het moment van meten onder de 2 ohm, je kunt nooit garanderen dat dat altijd zo is en blijft.
Waarom zijn (2) en (3) onzin in een installatie met een TN-aarding? Voor (3) is het makkelijk: de foutstroom die gaat lopen bij een sluiting tussen L en PE is even hoog als bij een sluiting tussen L en N. Je spreekt dus gewoon je normale beveiliging aan, als het goed is binnen 200ms.
Voor (2) is het wat lastiger uit te leggen. Stel dat je een isolatielek hebt tussen L en PE met een hoge weerstand. Die weestand is zodanig hoog dat de stroom die hierdoor gaat lopen zodanig is dat de normale beveiliging niet aanspreekt. Wat is dan de aanraakspanning op alles wat aan die PE leiding hangt? Juist ja: die is bij een aarde met voldoende lage weerstand (en bij een TN stelsel is dat gegarandeerd) vrijwel gelijk aan aardpotentiaal, oftewel 0v. Daar is dus geen risico bij aanraking.
Hooguit zou je hier nog wel een aardlekschakelaar in kunnen zetten als bescherming voor je energierekening. Maar voor de veiligheid voegt het in zo'n situatie niets toe.
En het argument "maar wat als de aarde het niet doet". Dan heb je dus, in een woninginstallatie met TN-aarding, een aparaat met een metalen gestel, die een eigen, speciaal bestemde contactdoos heeft of vast is aangesloten. En dan sluit je vervolgens voor dat apparaat de beschermingsleiding (aarde) niet aan. Tja, dat is inderdaad onveilig en een aardlekschakelaar kan dit oplossen. Maar wellicht is het verstandiger om er gewoon voor te zorgen dat die beschermingsleiding aan de aarding van de installatie is aangesloten, dat is een stuk simpeler en gewoon zoals het hoort.
[
Voor 13% gewijzigd door
roelbouwman op 11-04-2021 23:10
]