De erfenis van de valstrik van de derde weg gecombineerd met het cumulatieve effect van dominantie van bepaling onderwerpkeuze in beeldvorming door conservatief / rechts sinds die tijd.defiant schreef op donderdag 10 mei 2018 @ 12:33:
[...]
Ik heb steeds sterker het idee dat zowel links als progressief, zonder dat het zelf door hebben, erg in de knoop zit met hoe om te gaan met fenomeen macht en menselijk gedrag in de samenleving en de economie.
Links / progressief zit heel bot gesteld met het probleem dat men als direct gevolg slechts platform heeft met bereik voor eigen vijvertjes op basis van onderwerpen die voor perspectief en overtuiging gekoppeld zijn aan een defensieve reactie gevormd in andere tijden terwijl de omstandigheden al lang fundamenteel anders zijn.
Dat zie je in de berichten in dit topic vaak genoeg naar voren komen. Het beschikbare perspectief voor links / progressief wordt niet door hen bepaald. Cumulatief effect is een primaire blik op eigen vijver op basis van perspectief gevormd onder fundamenteel andere omstandigheden.Klassiek links zit in een positie dat ze eigenlijk nergens meer macht en invloed op hebben en je ziet dat ze in die positie feitelijk nog steeds hopen op een z.g.n. variant van de opstanding van het proletariaat. D.w.z. als kapitalisme faalt dan is het vanzelfsprekend als bijna een natuurwet dat de socialistische revolutie zich zal voltrekken. Zoals dat FTM artikel al aangeeft, heeft echter populistisch/extreem rechts dat gat al opgevuld.
Waarom denk je dat zowel VVD als CDA diep schrokken toen GroenLinks tekenen vertoonde van het niet langer volgen van dergelijk stramien? De reacties daarop waren diep en instinctief extreem. Herinner je je nog de beeldvorming gericht op het voorkomen van ontstaan van associatie innovatie/vooruitgang/duurzaam/bestendig? Het was een klassiek voorbeeld van discrepantie tussen inzicht van lobby versus politiek. Dit was de grote ingang voor VNO-NCW (motorblok, herinner je je nog?), de schok en kleine verlamming bij conservatieve politiek.
Maar dat is verklaarbaar. Men groeit binnen kaders van blootstelling en stimuli, wanneer die niet bepaald worden door kringen van of met eigen affiniteit is het vrij logisch dat het blikveld aldus beperkt wordt. En dus beperkt in potentieel van weerbaarheid in selectie.Progressieven hebben meer macht en zitten vaak op verschillende invloedrijke posities binnen politiek, media en bedrijfsleven. Maar hier is het de ironie dat moderne progressieven zich voornamelijk focussen op sociaal cultureel progressivisme, deze vorm van progressiviteit zit kapitalisme totaal niet in de weg en versterkt het op bepaalde vlakken zelfs. Diversiteit, gelijke rechten qua posities tussen gender of groepen, progressieve gedachtegoed over de omgang met elkaar, het zit de gemiddelde multinational totaal niet in de weg en ze omarmen het vaak ook omdat het hun reikwijdte van het aantrekken van arbeid verhoogt en mensen tevreden houdt met de status-quo van ongelijkheid.
Maar let op, zaken als diversiteit hebben vrij weinig te maken met progressieve oriëntatie an sich. Diversiteit is niet enkel een aspect van discussie over cultuur of samenleving. Het is veel meer nog een onderwerp in instrumentatie van Staat, zie de nauwe correlatie tussen diversiteit en potentieel van innovatie en ontwikkeling. Zie ook het gebruik van immigratie als instrument ten bate van status quo (dat is niet enkel een discussie van gebruik van angst trouwens, maar ook gewoon een toepassing van controle over opkomst of vermogen van vakbewegingen en politieke affiniteit). Diversiteit als concept, als meme, is een heel goed voorbeeld van hoe denken bepaald wordt door externe kaders. Het is zowel actor als factor in ontwikkeling van gedrag en groep, dat maakt het nota bene primair een economische variabele. Maar hoe wordt gedacht?
Voorzichtig, dat is veel minder een aandachtspunt voor de discussie over hoe links / progressief beperkt is geworden in bepaling eigen keuzes, dan dat het een discussie is over sturing van groepsgedrag. Dit is het eerdere onderwerp van dominantie in collectieve denkpatronen en mechanismen van aangeleerd gedrag. Onderwijs.Progressieven zijn tegenwoordig ook vaak tevens de hoogopgeleiden met een relatief goede posities qua inkomen en de sociale ladder, vanuit die positie lijkt het erop dat de samenleving juist vanwege het succes van het activisme juist verbeterd. De kwaliteit van het sociaal culturele leven een gemiddelde progressief is hoog in de grote randsteden.
Maar zodra progressieven met echte macht in aanraking komen zie je dat ze vaak het onderspit delven, het klimaat is hiervan een mooi voorbeeld. Veel van de klimaatmaatregelen worden afgewenteld op de normale bevolking, terwijl de bedrijven worden ontzien of juist gesubsidieerd worden (Schiphol). Ondertussen maakt iedereen zich druk om warmtepompen en de aardgasdiscussie voor consumenten.
Het aspect van blindheid in oriëntatie, dat is inderdaad een punt van aandacht in die beperktheid van keuze en het fundamenteel onderschatten van (on)bewuste bereidheid tot enerzijds conformisme, anderzijds resoluut direct gebruik van macht ongeacht moraliteit of verpakking van marketing. Dit is waarom het onderwerp van plaatsing van kosten vrij instinctief buiten gelieerd blikveld valt.
Vergeet in deze ook niet de ontwikkeling van individu en groep op basis van leeftijd en invulling van keuzes. Er is een patroon van ontwikkeling van progressief richting conservatief gedrag op basis van - bijvoorbeeld - leeftijd, net zoals dit er is op basis van (geo-economische) omstandigheden. Onderschat dit niet als variabelen in de berekening. Zie verder in mijn reactie de opmerking over gemeenteraadsverkiezingen.
Maar dat deze onderwerpen an sich in die spreekwoordelijke hoek vallen komt omdat het overgrote deel van onze inrichting gestoeld is op een strikt technisch/technocratisch perspectief in denken. Hier hebben we het eerder over gehad, de valstrik van het niet nadenken in der tijd over de inzet van Lubbers.
Ik weet niet of dit nog correct is. Het model van ontwikkelingslijn is er geen van taart. Enfin, laat ik dit zeggen, het is geen model van (her)verdeling. Het is een model van toegang.Kortom ik zie het probleem tussen kapitalisme en de samenleving als een soort taart, waarvan de samenleving een steeds kleiner taartpunt krijgt. Progressieven maken zich druk om gelijke toegang en verdeling van de almaar krimpende taartpunt. Klassiek links denkt dat er een moment komt dat ze de hele taart kunnen claimen.
Bot gesteld, waar het model van ordening ooit ging over wat je kon doen om in welk deel te komen en daar te eten, is het nu een model waar het gaat over wat je moet doen om toegang te krijgen tot mechanismen van lijdzame participatie om vervolgens te eten te krijgen.
Maar let op. Er is geen enkele reden waarom dominantie over het model op magische wijze altijd aan rechts of conservatief toe zou behoren. Dat wordt vaak gedacht, het is een makkelijke aanname.
Dat is niet vreemd. Sterker nog, dit is historisch vrij consistent. Maar er is sprake van wisselwerking én wederzijdse afhankelijkheden. In conservatieve kringen wordt dit erkend. Traditioneel links / progressief heeft daar moeite mee. Daarom schrok men zo hard van breedte en flexibiliteit van initiatieven bij GroenLinks ten bate van de gemeenteraadsverkiezingen. Op zijn minst kwam dat over alsof er plotsklaps bewustzijn was daar van de valstrik van geo-economisch geconcentreerde politieke organisatie voor werving.Het probleem is dat verandering in de samenleving bijna altijd afkomstig is van de hogere klassen en/of de elite, de lagere klassen zijn vaak niet in staat tot organisatie zonder de hulp de hogere klassen. Er is echter in de laatste decennia een steeds grotere kloof tussen hogere en lagere klassen ontstaan op meerdere vlakken.
Die kloof is echter niet natuurlijk. Het is het resultaat van consistente lijn van investeringen. Met "de politiek" heeft dit weinig te maken, die volgt. Met belangenbehartiging wel. Maar ook dat is opnieuw een onderwerp waar in traditionele zin links / progressief zich gewoon te lang geen voorstelling van heeft kunnen maken.
Ja, nee. Ik weet niet of we dit zo in deze strikte zin kunnen benaderen. Populisme is iets wat ik veel meer zie als zowel symptoom als ziekte. Het is een indicator van staat van economie van samenleving waar niet voldoende of niet de juiste investeringen gemaakt worden om de ziekte buiten de deur te houden. Het is niet iets waar je mee kan afrekenen, het duikt altijd weer op. Je kan je er enkel tegen wapenen. Het is een triest punt van ironie dat vanuit historisch-cultureel bewustzijn dit juist het spook is wat we ons het hardst zouden moeten herinneren.Effectief gezien werpt deze ontwikkeling een electorale blokkade op, populisme heeft als effect dat de mainstream zich gelukkig prijst met de status-quo en deze probeert te handhaven, zonder de oorzaken te onderzoeken.
Populisme geeft juist zonder uitzondering enkel een opmaat naar diepe en destructieve verstoring van status quo - en dus van alle daaraan reëel of vermeend gekoppelde belangen.
Enfin, terug naar de kern. Ongeacht de kwast waar hier af en toe mee gewerkt wordt door sommigen, ongeacht mijn persoonlijke overtuigingen en oriëntatie is mijn perspectief heel eenvoudig. Zonder balans bouw je enkel een kaartenhuis. Zonder cyclus van heen-en-weer binnen ons bestel en gedrag wordt je blind in korte termijn denken en gulzig handelen. Zonder inzichtelijke omgang met uitdagingen struikel je over verlies aan beheersing over afhankelijkheden. Dit is hoe je een voedingssysteem om zeep helpt.
Vanuit strikt perspectief op gezondheid en potentieel van zowel collectief als individueel vermogen tot ontwikkeling zie ik een inmiddels bijna fundamentele verschuiving van lijn van ontwikkeling naar een punt waar geen weg terug meer van mogelijk is. Althans, niet zonder escalatie van conflict. Nu ja, terug naar onze geschiedenisboeken en algemeen boerenverstand, dat is gewoon niet slim. Zaak dus om ruimte en stimuli te zoeken voor herstel van richting in lijn met balans.
Het zal wel weer als een of andere aanval gezien worden, maar dit is het niet. Dit kan niet zonder dat links / progressief eigen kaders gaat scheppen, eigen onderwerpen gaat kiezen, buiten eigen vijvers gaat vissen en leert dat machtspolitiek geen moraal of ethiek kent (en dat dit niet louter een politieke school is). Zonder een dergelijke trendbreuk is er in overige hoeken gewoon geen potentieel voor het katalyseren van de juiste druk om ook daar zaken te corrigeren (zie CU, wat ongeacht confessionele oriëntatie in opbouw van gedrag progressief was - tot aan dit kabinet, maar zie ook de evolutie van bestuurlijk D66).
Het is een klassiek voorbeeld van het laten van ruimte, dan is puntdruk overheersend omdat vlakdruk gewoon geen draagvlak krijgt - de verhouding in druk er achter is gewoon te scheef daarvoor.
Eigenlijk is het in zekere zin triest grappig. De PvdA is in essentie niet links of progressief. Niet sinds Kok. Die ging mee met Lubbers. De val van de PvdA nu wordt verklaard in context van de laatste twee kabinetten, maar punt van eerlijkheid, het zat al heel lang in zowel koker als planning. Dit is onvermijdelijk wanneer je je laat coöpteren. Als je je dan ook nog laat compromitteren, ongeacht of dit reëel of vermeend is, dan is de brute val onvermijdelijk. Na een val volgt inherent reflexief conservatief gedrag. Men grijpt terug, dit is heel menselijk, maar het is de verkeerde les, de verkeerde handeling. Het kost het verdere spectrum van links / progressief enorm veel potentieel. Op zijn minst omdat dit weer een strijd voor middelen en bereik in eigen vijvers doet stimuleren. Hoe slim is dat? Nu ja, weinig. Maar voor de rest van de vijver is de PvdA een valstrik. Of men dit kan erkennen is een toets van vermogen tot erkennen van aard van machtspolitiek waar links / progressief hoe dan ook mee geconfronteerd zit.
Populisme: de weigering van complexiteit en de poging om simplistische antwoorden te formuleren op ingewikkelde vraagstukken middels gebruik van elke mogelijke prikkel van gedrag - i.p.v. moeite te doen voor gezonde participatie.