Jazzle schreef op woensdag 11 mei 2011 @ 22:17:
(...) Nu kan ik prima uit de voeten met de handgeschakelde Fiesta maar of ik voor het verbruik nou de beste schakelkeuzes maak weet ik niet, mede doordat het max koppel erg hoog ligt op 3600 toeren. Zo werd mij tijdens mijn rijles geleerd dat ik lopende bochten in de 3 moest nemen en scherpe bochten/afslaan in z'n 2, hoe doen jullie dat? En snel doorschakelen naar een zware versnelling betekend natuurlijk ook dat je vaak terug moet schakelen, maakt het dan nog wat uit of je dit stapsgewijs doet (4>3>2) of in een keer (4>2)?
Of kan ik eigenlijk beter gewoon een beetje in de toeren blijven omdat daar de motor toch het meeste koppel heeft? (tenzij je een constante snelheid rijdt natuurlijk)
Rotondes neem ik eigenlijk standaard in z'n drie, tenzij ik er écht snel uit wil zijn (dubbele rotonde waarbij je echt vlotte acceleratie nodig hebt om nog even iemand in te halen). Bij het aanrijden laat ik mijn auto rustig uitrollen en schakel ik bij de 60 km/h terug naar z'n drie, dan remt hij nog wat verder af totdat ik op een comfortabele snelheid heb om in z'n drie door de rotonde te gaan. Mocht er iets aankomen en ik moet wat verder afremmen (dus onder de 30 km/h komen) dan ga ik terug naar z'n 2, je wilt immers niet dat de auto gaat bokken zodra je het gas ook maar iets aan raakt. Rotondes probeer ik ook altijd zo strak en snel mogelijk te nemen zonder daarbij aan te komen scheuren, gewoon lekker vlot. Dat heeft twee voordelen:
- Het is leuk, de wagen heeft immers een strakke wegligging
- Het is zuinig, minder afremmen betekent minder energieverlies
Vervolgens hoef ik echt niet hard de rotonde uit te komen, maar gewoon comfortabel in z'n drie weer verder optrekken, bij 55 naar z'n 4 en vanaf 70 in z'n 5. Eventueel iets later schakelen net hoe m'n spreekwoordelijke pet staat (of wat voor muziek er op staat). Een rotonde in z'n 2 hoeft dus niet per definitie, zeker als het een wijde is, dan maak je eigenlijk onnodig toeren. Maar uiteraard kan dit ook weer per auto verschillen. Dit is enkel mijn ervaring.
V.w.b. bebouwde kom: Dat hangt helemaal van de situatie af, maar voor mij hier dus veiligheid voor alles. Ik kan comfortabel 50 in z'n 4 rijden, zelfs in z'n 5, maar dan ben ik absoluut niet flexibel. Om rare kunstgrepen dus te voorkomen zorg ik dus altijd dat ik in een versnelling zit waarbij ik én vlot kan acceleren, én kan remmen zonder dat m'n motor direct uit zou vallen. Dat komt er op neer dat ik bij 50 in z'n 4 rijdt en bij het naderen van iets waar mogelijk een ingreep nodig zal kunnen zijn al bij voorbaat naar z'n 3 ga (denk aan mogelijk verkeer van rechts).
Mijn max koppel ligt dus op 4000 toeren, maar meestal schakel ik dus al ruim hiervoor op, en dan nog ben ik vaak vlotter dan mijn mede-weggebruikers. Bij de 2500 toeren rijd ik voor m'n gevoel lekker door zonder hierbij het gevoel te hebben onnodig te trappen of anderen op te houden. Het gaat hier om een 1.6L 120PK benzine Citroën DS3. De fabrieksopgave is 1:16.9, waarbij mijn persoonlijk gemiddelde ligt op 1:16.1, aldus de boordcomputer. Ondanks mijn rustige rijstijl (behalve soms bij rotondes, die neem ik graag "eco(ureur) modus", kan ik er niet veel meer van maken. Op lange stukken van N-wegen is hij bij 80-90 km/h wel heel zuinig, maar zodra je boven de 100 komt merk je dat het verbruik hard terug gaat en je dus een 6e versnelling mist.