anathema schreef op maandag 05 september 2011 @ 16:12:
[...]
Dat is niet helemaal waar (hoewel wel in mijn vorige opmerking), maar ik verwachtte juist geen verschil toen ik hem kocht en ik hoorde ineens opvallend veel verschil. En dat lees ik hier wel meer en daar gaat het illusieargument wel de mist in (ondanks dat men dan zegt dat je het stiekem wel toch verwachtte omdat de verkoper het zei maar ja..zo kun je bezig blijven).
Het kan ook best zijn dat er een verschil was. Maar wie zegt je dat dat niet een volumeverschil was?
En dat is een beetje het punt tussen een ABX en een leuke thuistest. Uit een ABX test komen zaken die reproduceerbaar zijn en is het aantal variabelen zover terug gebracht dat je een uitspraak kunt doen over de variabele die getest werd. Met een thuistest kun je eigenlijk geen toepasbare conclusies trekken. Natuurlijk is het iets waar 95% van de mensen op terug zal moeten vallen en het is prima te gebruiken voor een eigen selectie. Alleen is er voor niemand na te gaan onder welke omstandigheden de test plaatsvond, derhalve is het niet reproduceerbaar en zijn er geen algemene conclusies uit te trekken.
Jaapnr1 schreef op maandag 05 september 2011 @ 19:02:
Natuurlijk heeft je humeur invloed op de luisterervaring. Dat heeft bij mij ook invloed op de muziekkeuze. Echter, wat je al zegt: het is gewoonweg onmogelijk dat alle hifi hetzelfde klinkt. De ene versterker is de andere niet. Alleen al door de techniek: klasse a, ab, d, etc... CD-spelers idem. Niet direct vanwege de dac of het loopwerk, maar wel door de architectuur om de dac heen, of de stabiliteit van het loopwerk. Om maar te zwijgen over de 'eindtrap'.
Helaas is het wel zo dat meningen afgekeken worden in de (vak)pers. Ik spreek uit ervaring...
[...]
Je zou de stelling ook om kunnen draaien. Waaruit zou dat verschil moeten blijken?
Velen zeggen, er zou een verschil moeten zijn, want de technieken zijn anders. Maar dat is in mijn ogen gedeeltelijk een oneigenlijk argument. In mijn ogen worden er verschillende technieken toegepast om hetzelfde einddoel te bereiken. En natuurlijk zijn er meettechnische verschillen en elke techniek heeft zo zijn voor en nadelen, maar de vraag is, of deze ook hoorbaar zijn.
Ik vind de pers op dit gebied eigenlijk zwaar te kort schieten. Ik kan mij geen enkele reviewer voor de geest halen die apparatuur blind test. Meestal wordt er niet eens een vergelijk gehouden. Een set wordt neergezet en de reviewer vind hier wat van. Het wordt min of meer semi-proffesioneel aangepakt, maar voor mij als lezer valt er totaal niets te controleren. Reviewers gebruiken ook vaak kreten in de trend van: klinkt veel opener dan wat wij gewend zijn in deze prijsklasse (illustratief voorbeeld), terwijl het een feit is dat het auditief geheugen (in absolute zin) maar ongeveer 3 sec. bedraagt. Tevens is van geen enkele reviewer een fatsoenlijk audiogram voorhanden. Hoe kan ik als lezer nu bepalen of de persoon in kwestie hout snijdt en fysiek kundig is om zijn vak uit te voeren en niet gedreven wordt door suggestie, commercie of eigen belang?
Wat mij steeds bevreemd, is dat eigenlijk iedereen er wel van overtuigd is dat het luisteren naar muziek een samensmelting is van verschillende zintuigen. Geluidskwaliteit, gemoedstoestand, akoestiek...etc, etc.. Maar alleen de audiofiel en in zekere zin ook de schrijvende pers is er op gebrand alle verschillen weg te schrijven onder de noemer geluidskwaliteit.
Keer op keer blijkt bij ABX testen dat mensen geen duidelijke verschillen kunnen waarnemen, maar deze informatie wordt meestal genegeerd of de ABX an sich wordt niet als instrument erkent. Het nadeel is ook dat zowel producenten als de schrijvende pers er alle belang bij hebben om een zo groot mogelijke differentiatie op na te houden. Belangenverstrengeling is hier niet uitgesloten.
Het meest gehoorde argument is nog steeds: We kunnen niet alles meten. Maar als dat het geval is, hoe kan dan een producent checken of zijn apparaat goed functionerend de fabriek verlaat? En hoe krijgt hij het keer op keer voor elkaar dat elk nieuw model weer nog beter klinkt dan het oude? Ik geloof nooit dat dat alleen op basis van trial & error gebeurt, nog dat elk apparaat dat de fabriek verlaat getest wordt door een audiofiel luisterpanel. Alle elektronische apparatuur, zo ook audioapparatuur, is gebaseerd op de dezelfde natuurkundige principes die we tot nu toe kennen. Daar komt echt niets onbekends, on-meetbaars, of ongrijpbaars om de hoek kijken.
Als we versterkers als voorbeeld nemen: Elke commerciële fabrikant wil dat zijn apparatuur mooie meetcijfers laat zien en probeert zo dicht mogelijk het ideaal te benaderen. (binnen het gestelde ontwerp budget). Het algemeen geaccepteerde ideaalbeeld van een versterker is een volledig lineair gedrag zonder fasefouten en met voldoende rise\fall times om de gehele audio-frequentieband (en zelfs ver daarbuiten) te kunnen beslaan. Het dat weet men tegenwoordig verdomd goed te bereiken. De techniek daarom heen is al zo ver uitontwikkeld dat de kosten ook niet meer hoog zijn om dat doel te bereiken. Waar liggen dan de verschillen?
De enige discussie die enigszins relevant is, is in hoeverre iets dat meetbaar is, nog hoorbaar is.
@Anathema: Afspraak via de DM regelen lijkt mij het makkelijkst.