Column van Ian Buruma in het NRC:
Ten eerste is het altijd opvallend dat zodra populisme de kop op steekt, dat er dan pas vanuit intellectuele hoek waarschuwende en bezorgde geluiden worden ten toon gespreid. Terwijl in de aanloop, wanneer in jaren en zo niet decennialang de voedingsbodem voor het populisme wordt gelegd, ze nooit in dezelfde mate waarschuwen. Blijkbaar is men tevreden als ondanks een hoop zorgwekkende trends, er toch kandidaat wordt gekozen die de status quo voorstaat.
Ten tweede wordt gesteld dat de democratie de minderheden moet beschermen, echter wordt hier altijd specifiek gerefereerd aan etnische en religieuze groepen, maar nooit aan klassenverschillen. Terwijl hem daarin imho eigenlijk de crux zit, namelijk dat democratie de onderklasse (en de bedreigde middenklasse) steeds minder beschermt. Zoals Buruma terecht stelt profiteert een kleine groep fors van de globalisering. Het buiten de democratie houden van de economische en sociale factoren qua klasse is imho een van de belangrijkste oorzaken van democratisch ontwrichting.
M.a.w. "Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral.". Zodra mensen afdalen op de piramide van Maslow is de ontvankelijkheid voor de abstracte principes van de democratie en rechtstaat ook steeds minder aanwezig.
Een paar observaties.Democratie is geen populariteitswedstrijd
In 1831, maakte de liberale Franse aristocraat Alexis de Tocqueville een reis door Amerika. Zijn doel was om het moderne gevangeniswezen te bekijken. Maar in plaats van het gevangeniswezen werd de Amerikaanse democratie het onderwerp van Tocqueville’s meesterwerk De la démocratie en Amérique.
Naast al zijn bewondering voor de verworven Amerikaanse vrijheden had Tocqueville een bedenking. Als grootste gevaar voor de Amerikaanse democratie zag hij de tirannie van de meerderheid. De Amerikaanse samenleving, in tegenstelling tot de Franse, vond hij verstikkend door haar intellectuele conformisme. Afwijkende opinies en dissidente minderheden werden eronder bedolven. Onbeteugelde macht was volgens hem altijd funest, of nu ging om een individuele despoot of een democratische meerderheid.
[...]
Hoe elites het vertrouwen van de bevolking weer terug kunnen winnen is onduidelijk. Maar Tocqueville had gelijk. Voor serieuze journalistiek zijn redacteuren onontbeerlijk. Zonder ervaren politieke partijleiders verdwijnen de grenzen tussen politiek en amusement. En zonder rem op de vooroordelen van de meerderheid groeit onherroepelijk intolerantie. Deze constatering is denk ik geen kwestie van nostalgie of snobisme. En het is ook geen pleidooi om iedereen die autoriteit uitstraalt te vertrouwen. Woede op de elites is tenslotte niet helemaal ongegrond. Een hoog opgeleide minderheid is zeker gebaat bij een economie zonder grenzen, verse immigratie, en een kosmopolitische gesteldheid. Maar dit kan ten koste gaan van minder bevoorrechte bevolkingsgroepen.
En toch is de zorg van Tocqueville actueler dan ooit. De liberale democratie kan niet worden gereduceerd tot een populariteitswedstrijd. Regeren door de meerderheid moet worden beteugeld om de rechten van religieuze, intellectuele, politieke, of etnische minderheden te beschermen. Zonder die bescherming verliezen we onze vrijheid. En om die vrijheid te verdedigen is de democratie tenslotte uitgevonden.
Ten eerste is het altijd opvallend dat zodra populisme de kop op steekt, dat er dan pas vanuit intellectuele hoek waarschuwende en bezorgde geluiden worden ten toon gespreid. Terwijl in de aanloop, wanneer in jaren en zo niet decennialang de voedingsbodem voor het populisme wordt gelegd, ze nooit in dezelfde mate waarschuwen. Blijkbaar is men tevreden als ondanks een hoop zorgwekkende trends, er toch kandidaat wordt gekozen die de status quo voorstaat.
Ten tweede wordt gesteld dat de democratie de minderheden moet beschermen, echter wordt hier altijd specifiek gerefereerd aan etnische en religieuze groepen, maar nooit aan klassenverschillen. Terwijl hem daarin imho eigenlijk de crux zit, namelijk dat democratie de onderklasse (en de bedreigde middenklasse) steeds minder beschermt. Zoals Buruma terecht stelt profiteert een kleine groep fors van de globalisering. Het buiten de democratie houden van de economische en sociale factoren qua klasse is imho een van de belangrijkste oorzaken van democratisch ontwrichting.
M.a.w. "Erst kommt das Fressen, dann kommt die Moral.". Zodra mensen afdalen op de piramide van Maslow is de ontvankelijkheid voor de abstracte principes van de democratie en rechtstaat ook steeds minder aanwezig.
"When I am weaker than you I ask you for freedom because that is according to your principles; when I am stronger than you I take away your freedom because that is according to my principles"- Frank Herbert