Als we een politiek midden willen vinden, dan moeten we terug naar de periode voor van Agt. Het is vanuit het verschuiven van de clusters rechts en conservatief in het politieke spectrum na de periode Den Uyl dat we weinig tot geen herinnering aan of concept hebben van een politiek midden.
Behalve dan in zekere zin de periode van Paars, en dat was enkel in perceptie / politieke marketing iets van "midden", als een soort van convenant. Dit is echter de periode van de Derde Weg politieke school, en dat is een lang verhaal van hoe toenmalig links (conservatief ook trouwens in die periode) beetgenomen / zich beet heeft laten nemen om het narratief van neoliberalisme te integreren in conceptuele kaders van beleid, bestuur en politiek.
"Gewoon" rechts heeft eigenlijk nooit echt bestaan. Althans, niet in de zin van een op zich zelf staande ideologie met electoraal ecosysteem. Maar dat is een verhaal wat niet enkel in Nederland teruggaat naar de periode van het Interbellum, de conventie van Bloemendaal, Hayek et alii - het komt er op neer dat wat wij als idee van "rechts" hebben al vrij snel na politieke consolidatie een cluster van strikt selectief belang wordt.
Dit is ook waar de wortels liggen van het door rechts (en later ook conservatief) omarmen van de Machtspolitieke School.
Het is ergens wel een stuk ironie, buiten de topics van NL / Verkiezingen komen dit soort ontwikkelingen en verkenningen zelden aan bod. En dat legt drempels, maar ook valstrikken in ons omgaan met labels van politieke kleur.
Waarom wordt het meteen onder populisme en extreem rechts gezet?
Die clusters van rechts en conservatief zijn door de decennia heen verschoven van een politieke organisatie met electorale kaders van collectieve belangenbehartiging, naar selectorale kaders van selectieve belangenbehartiging. Die ontwikkeling loopt grotendeels parallel aan het verschuiven naar die Machtspolitieke School.
Lang verhaal kort: machtspolitiek kent altijd slechts één evolutie, vanuit centraal narratief wat neer komt op varianten van "no rules for the lions and all the rules and consequences for the oxen". Dat gaat een tijd goed, maar zoals we ook in het Nederlandse gezien hebben rust dat op een basis van wat we laissez-faire politiek noemen. Niets doen, pseudo-marktwerking is magisch. Vooral geen beleid voeren, want dat stelt je bloot aan risico's van continuïteit en electorale voetafdruk. Vooral perceptie managen, en navigeren op geloofsgedrag - ideologie is ook maar een kerk.
Nu ja, je kan consequenties wel vooruit blijven schuiven, maar op gegeven moment loop je toch tegen de rekening aan. Het historische patroon is dan een verschuiving van machtspolitiek naar het open zetten van de deuren voor autoritarisme. En dat loopt hand in hand met oprekken van Overton Vensters, het breken van Coleman Bootjes, navigeren op positioneren, bankieren op geloofsgedrag, normaliseren van toxiciteit, en introduceren van prikkels voor toxiciteit.
Voor de duidelijkheid: er zijn her en der in Nederland nog wat restantjes van wat we verstaan onder oude labels van "rechts" en conservatief", her en der zit daar zelfs nog wat onbesmette overtuigingen, zelfs ideologie. Maar het is een met uitsterven bedreigde diersoort sinds het breken van de vakbonden door de toenmalige grote multinationals in de jaren '70.
De complicatie met machtspolitiek voor context van overtuigingen en ideologie is niet veel anders dan bij wat in het verlengde ligt (autoritarisme): men begint met een narratief, mensen verbinden zich daar aan, maar de marketing stimuleert primair geloofsgedrag - dat komt eerst, narratief zakt af naar ergens in de staart. En dan wordt het narratief / de overtuiging vervangen, of vervormd, en dat nemen we als mensen vrij gemakkelijk over wanneer we al voornamelijk af gaan op die koppeling tussen identiteit / groep / geloofsgedrag. Of we nu in het VK kijken naar het drama met de Tories, in Nederland naar een VVD / CDA, of in de VS naar een Republikeinse partij, of naar elke historische precursor. Het loopt telkens op dezelfde lijn. De tegenwoordige cyclus wijkt in dat opzicht bitter weinig af van die ten tijde van het Interbellum.
Het is allemaal veel geschiedenis en complexiteit, zelden besproken in ons publieke debat, primair een onderwerp van Onderzoeksinstellingen als een SCP en andere, alsmede academia en
her en der wat niches van journalistiek.
Het is een verkenning die gewoon geen aandacht krijgt, want we willen het als groepsdynamiek niet weten. Het NL topic zit vol met verwijzingen, leesvoer en bronnen in deze. Best de moeite waard bij dit soort vragen.
Populisme: de weigering van complexiteit en de poging om simplistische antwoorden te formuleren op ingewikkelde vraagstukken middels gebruik van elke mogelijke prikkel van gedrag - i.p.v. moeite te doen voor gezonde participatie.