Kanker is een ziekte die helemaal te maken heeft met risicofactoren en kansen. Niet iedereen die rookt of die met asbest gewerkt heeft krijgt kanker. Maar het risico om het te krijgen is wel hoger. Zo zijn er ook genetische risicofactoren.
Hoe ontstaat kanker? In eerste instantie moeten er ergens cellen zijn die ongeremd gaan delen (een gezwel). In tweede instantie moeten de diverse beveiligingsmechanieken falen.
Eén van die mechanieken is het feit dat normaalgesproken bij elke celdeling de telomeren (de "loze" stukjes aan het einde van het DNA) korter worden. Als die te kort geworden zijn is celdeling onmogelijk geworden. Onder normale omstandigheden, als een cel zich ongeremd gaat delen, zal dit dus niet oneindig duren. Er zal een klein gezwel ontstaan, dat dan natuurlijk afsterft omdat het niet meer verder kan vermeerderen. Maar bij een kankergezwel worden die telomeren op de één of andere manier vrijwel niet korter, waardoor de cellen vrijwel oneindig kunnen delen.
Ook zal ons eigen afweersysteem normaalgesproken een zieke cel detecteren en zal het aanvallen. Een kankergezwel echter wordt op de één of andere manier niet gedetecteerd.
Je zal wel begrijpen dat genetische factoren die te maken hebben met telomeren of met de afweer ook invloed kunnen hebben op het kankerrisico.
Omdat telomeren een belangrijke rol spelen bij de veroudering van het lichaam zijn er onderzoeken gedaan waarbij muizen gecreëerd waarbij het inkorten van telomeren genetisch was uitgeschakeld. Het gevolg was dat die muizen, als ze geluk hadden, inderdaad vele malen ouder konden worden dan normale muizen. Maar de meeste kregen, je raadt het al, kanker en stierven vrij snel.
Er is dus geen genetische "oorzaak" voor kanker, maar er zijn wel degelijk genetische risicofactoren.
Confusion schreef op maandag 08 februari 2010 @ 16:56:
Wie nakomelingen kan produceren is in geen enkele evolutionaire zin 'zwak'. Sterven aan kanker heeft niets met genetische robuustheid te maken. Welke genen evolutionair 'minder sterk' waren is pas na tienduizenden jaren te bepalen: het is iets dat alleen
achteraf betekenis heeft, omdat omstandigheden buiten de genen bepalen welke genen de voortplanting gunstig of ongunstig beinvloedden.
Daarbij komt, zoals mijn grafiekje aangeeft, dat kanker indien het onbehandeld zou blijven vrijwel geen evolutionaire invloed zou hebben. In een puur natuurlijke wereld krijgt een vrouw zo tussen de 16 en 26 jaar kinderen. Tegen de tijd dat ze 40 is, is ze al grootmoeder en is haar leven
evolutionair niet meer van belang. En laat de "kankergolf" nou net bij die leeftijd echt beginnen in te zetten. Een natuurlijke resistentie tegen kanker zou dus niet kunnen evolueren.
Ook blijft het, zoals ik al zei, een spel van een heleboel risicofactoren, wat de evolutie nog moeilijker maakt. Neem bijvoorbeeld een andere ziekte, taaislijmziekte. Zonder medische behandeling zou een kind met taaislijmziekte niet meer dan een paar jaar oud worden; tegenwoordig is dat opgerekt tot boven de 30. Maar ondanks dat deze ziekte zo destructief is, en de levensverwachting van een taaislijmpatiënt zelfs tot een paar decennia geleden niet de 20 jaar oversteeg en ze zich dus niet konden voortplanten, bleef deze puur genetische ziekte wel bestaan, en wel omdat het een regressief gen is: je kan drager van de ziekte zijn zonder ziek te zijn, en als twee dragers kinderen krijgen dan zal, statistisch gezien, een kwart van die kinderen taaislijmziekte hebben; de helft zal ook drager zijn, en een kwart zal vrij zijn van de ziekte. Als zelfs zo'n destructieve ziekte met slechts één factor niet evolutionair uitgeroeid is, dan zal dat met kanker al helemaal nooit gebeuren.
[
Voor 33% gewijzigd door
Mx. Alba op 08-02-2010 17:11
]
Het is alleen een echte hetze als het uit Hetzerath komt, anders is het gewoon sprankelende ophef.