Verwijderd schreef op donderdag 06 januari 2005 @ 23:51:
@domst
. . .
@Vortex2
Reken de lokale kromming uit en vergelijk dat met de elastischiteitcoefficient van de gesteente lagen die je hebt. De lokale kromming valt in het niet wat door deze coefficient mogelijk gemaakt wordt. De verplaatsing van de vervorming verandert er niets aan dat de krachten voornamelijk loodrecht of een breuk staan en dus bijna geen invloed hebben, hierboven op komt dus nog eens een hele laag dempende effecten waardoor het geheel fysisch geen effect heeft.
@Jaccobus
. . . .Volg je h'm nog?
Volgens mij volgt niemand je redenering. . . .dit gebeurt vaak met louter woordenwisselingen omdat woorden niet een zelfde betekenis hebben voor iedereen. Je verhaal komt zeer verwarrend over.
Ga terug naar een waterbol als aarde en veronderstel dat deze perfect sferisch is. De gravitatie krachten welke, zonder even de volledige draaiing van de aarde in beschouwing te nemen zijn voor twee massa's m, 1 aan de dagkant en 1 aan de nacht kant als volgt, met de aanname dat de aarde in 1 jaar tijd 1 revolutie west/oost om eigen as draait:
Fd=GMm/Rd^2
Fn=GMm/Rn^2
De ratio Fd/Fn= (Rn/Rd)^2 >> 1
Ik gebruik >> 1 vanwege de quadratering
Als je nu de centripetale krachten gaat bekijken vanwege de omloopsnelheid om de zon krijg je
Fd/Fn= Rd/Rn <1
De verhouding van krachten welke op het water aan de dagzijde en nachtzijde werken, met de aanname dat het een sferische bol zou zijn, kloppen niet met het vereiste dat de gravitatiekrachten en centripetaal krachten in balans moeten zijn voor een klein massadeeltje dat in een baan om de zon cirkelt. Het is aantoonbaar dat voor een waterdeeltje aan de zonzijde de gravitatiekracht groter is dan de centripetaalkracht. . . dit betekend dat een waterdeeltje aan de zonzijde dichter naar de zon getrokken wordt vanuit de
veronderstelde balansconditie voor een sferische bol, totdat de eigen
cohesikrachten van het water van de aarde de onbalans opheft. . .het water wil een bolvorm behouden.
Voor een waterdeeltje aan de nachtzijde van de aarde is het juist andersom: de gravitatie kracht welke nodig is om het waterdeeltje in de veronderstelde baan te houden is kleiner dan de centripetaalkracht . . . .dit betekend dat het waterdeeltje aldaar niet in de veronderstelde baan gehouden wordt en relatief tot de sferische bolvorm zich verder van de zon gaat verwijderen totdat de cohesion kracht van het water de onbalans opheft.
Indien het water geen cohesion kracht zou hebben zou door het verschil van de krachten niet gebalanceerd worden door de eigen zwaartekracht van het water. . . .immers, als het water zich verder van het middelpunt van de watermasa verwijderd wordt . . . door gravitatie van de zon. . . de eigen aantrekkingskracht ook steeds minder. Voor een waterbol zonder cohesionkrachten zou de waterbol volledig uitelkaar getrokken worden. . .netzoals kennelijk gebeurde met de Levy Asteroide in het zwaartekrachtveld van Jupiter.
Deze krachten spelen zich uiteraard ook in het gesteente van de aardkorst af. Bovendien is door de draaiing van de aarde een complicerende factor.
Het gesteente van de aardkorst is, vanwege de schaal en eigen gravitatiekrachten, min of meer als een
vloeistof. . .
elasticiteit speelt op deze schaal nagenoeg geen rol. . . dit is ook de reden dat planeten c.q. asteroiden groter dan nominaal 500 km in diameter, een bolvorm aannemen (net als een druppel water in microgravity), ook al zijn ze volledig massief en elastisch naar maatstaven van laboratoriumtesten). Met jou argument over elasriciteit stel jij kennelijk dat de tectonische platen nagenoeg niet buigen en voor zover ze wel buigen dat extra
quasi statische buigspanningen dus verwaarloosbaar klein zijn omdat de buiging gering zou zijn.
Ik stel dat dit onjuist is. "Verwaarloosbaar" zou je moeten kunnen kwantifiseren in termen van
dynamische krachten welke onstaan door de aardkostgolfbeweging die zich met een snelheid van 1700 km/uur verplaatst en de krachten welke nodig zouden zijn om een aarbeving "af" te laten gaan. Voorts stel ik dat de eb/vloed golf in de aardkorst zich min of meer "chaotisch" gedraagd vanwege allerlei dichtheid- en diktevariaties in de aardkorst en vanwege diepe troggen hier en daar in de aardbodem, niet te vergeten vanwege bergketens op de aardkost. Dit kan zonder meer vergeleken worden met een golf in een water massa waarin allerlei opstakels geplaats zijn. Op bepaalde plekken zal de golf zich splitsen en hier en daar zullen gespleten golven zich weer samenvoegen en ophopen zodat ze extra bewegingen veroorzaken. Het zij dus niet zoveer de theoretische statische krachten welke vanuit een buigmodel kunnen worden berekend maar juist de onvoorspelbare effecten van chaotische golgbewegingen in de aardkorst, welke grote locale dynamische krachten kunnen veroorzaken, waardoor aardbevingen kunnen "afgezet" worden.
Het uitgangspunt is uiteraard dat een aardbeving vanuit zichzelf als een triggerpunt heeft. Het is dan een logische gevolgtrekking dat zelfs kleine extra krachten de aardkorstverschuiving "voortijdig" kan veroorzaken.
Dit neemt niet weg dat de interne dymamiek van de aarde zelf ook grotere invloed heeft op het "afzetten" van aardbevingen.