Voor zover mij bekend, verschillen menselijke ogen niet wezenlijk van elkaar, afgezien van typische defecten als kleurenblindheid.
De afgegeven signalen door ogen zullen dus gelijk zijn.
Het verschil in waarnemen, zo al aanwezig , wordt veroorzaakt door de hersenen.
Dr. Donald schreef op donderdag 23 december 2004 @ 19:13:
De werkelijkheid is afhankelijk van je waarneming. Zie Einstein

. Zijn hele relativiteitstheorie is hierop gebaseerd. Als een raket heel erg snel gaat (ten opzichte van jou, absolutie bestaat niet, alles is relatief), 0,8 keer de snelheid van het licht bijvoorbeeld, gaat de tijd in de raket langzamer. Maar als je in de raket staat merk je helemaal niets dat de tijd langzamer gaat, sterker nog, als je in de raket zit gaat de tijd buiten de raket juist langzamer.
edit:
Waar je ook bent, in of buiten de raket, je hebt altijd gelijk
Dit is natuurlijk onzin
Einstein leert hoe waarnemers op verschillende plaats en tijd eenzelfde verschijnsel waarnemen. Maar de werkelijkheid verandert daarmee niet. Het beschrijft juist de werkelijkheid.
Opperhoof schreef op donderdag 23 december 2004 @ 20:09:
[...]
ja idd. maar dat komt omdat jou moeder tegen jou vertelde dat de achtergrond hier wit is. en mijn moeder ook zei dat die wit is.
wij geloven dat en als je we een auto zien met dezelfde kleur als de achtergrond hier, zeggen we, "he een witte auto"
dat wil niet zeggen dat jou wit mijn wit is.
Wit licht is per definitie de kleur van zonlicht en iets is wit als dat zonlicht in alle opzichten ongewijzigd wordt teruggekaatst, dus zonder enige absorbtie.
Dus fysisch is na te gaan of we het over hetzelfde wit of hetzelfde groen hebben Maar dat heeft geen zin want zo nauwkeurig kunnen we geen kleine kleurverschillen waarnemen. In dat opzicht is de discussie zinloos.
Dat zou heel knap zijn, daar kansrekening niet toepasbaar is op niet herhaalbare gebeurtenissen. Daarom zijn ook uitspraken als: "de kans dat deze vuurwerkfabiek ontploft is 1 op het miljoen" volkomen onzinnig.
Dido schreef op vrijdag 24 december 2004 @ 09:30:
Er zijn inderdaad mensen (bepaalde linguisten onder andere) die ervan uitgaan dat communicatie de waarneming van de werkelijkheid beinvloed.
Als je communicatie ziet als iedere vorm van informatieoverdracht tussen een actieve zender en ontvanger, dan gebeurt die communicatie noodgedwogen middels een vorm van taal. Iedere taal legt beperkingen op aan wat ermee uitgedrukt kan worden, en daarmee zijn er beperkingen aan de waarnemingen die je ermee kunt beschrijven.
Taal maakt het mogelijk ergens over te spreken met een ander. Artsen hebben meen ik zo'n 200.000 vaktermen (het zakwoordenboek der geneeskunde is al meer dan 800 blz.). Het Nederlands beslaat in de dikke van Dalen al 3 forse banden, terwijl het middelnederlands woordenboek van van Dam maar 800 pagina's groot is.
Inderdaad legt iedere taal beperkingen op aan wat je er mee kunt beschrijven
Ik ben het dan ook niet eens met Confusion op dit punt:
Als een taal geen beperking zou opleggen zouden we ook natuurkunde kunnen bedrijven zonder de wiskundige taal, maar gewoon met Nederlands. Maar dat zie ik niemand doen. Lijkt mij ook heel moeilijk, de schrodingervergelijking in woorden. En dan oplossen die vergelijking!.
Confusion schreef op vrijdag 24 december 2004 @ 13:02:
[...]
Ah, maar jij gaat er dus voetstoots vanuit dat er een werkelijkheid onafhankelijk van onze waarneming is. Maar dat is nu net wat er ter discussie staat in dit topic. Je uitgangspunt is niet eenvoudig te verdedigen: het enige wat wij tenslotte ter beschikking hebben is onze zintuiglijke informatie. Die is altijd al op enige wijze geinterpreteerd; hoe kan je ooit iets zeker weten over 'de werkelijkheid'? Betekent 'de werkelijkheid' uberhaupt wel iets, of is het een betekenisloos begrip, dat tot spraakverwarring leidt, omdat we eigenlijk helemaal niets kunnen zeggen, zelfs niets kunnen denken, over die 'werkelijkheid'?
Wat heeft het voor zin het waargenomene tot zinsbegogeling te verklaren, tot iets onbestaanbaars, tot fantoom?
Degene die dat denkt leeft niet lang:
die auto die daar aankomt, flauwekul;
die giftige rookwolk is maar schijn;
dat dit water stinkt,vies en ondrinkbaar is, onzin
Waarom deze houding?
Is het een soort wetenschappelijke zuiverheid, een open houden van alle opties? Maar wat denkbaar is, hoeft er nog niet te zijn in de fysische wereld.