Op maandag 17 juni 2002 19:47 schreef M14 het volgende:
Je hoeft hier trouwens geen stroom te begrenzen met een weerstand. De cd-rom speler krijgt namelijk de stroom die t ie nodig heeft, en nix meer.
Er zijn 2 verschillende bronnen, een spanningsbron, welke de spanning (op bijvoorbeeld 12V) gelijk probeert te houden, of een stroombron, welke de stroom (op bijvoorbeeld 2A) gelijk probeert te houden.
Als je op de spanningsbron een weerstand aansluit van respectievelijk 1, 2 en 3 ohm, krijg je een stroom van respectievelijk 12, 6 en 4 ampere. Probeer dat zelf eens te berekenen uit de formule:
U = I * R
Spanning = stroom * weerstand.
Als je op de stroombron een weerstand aansluit van respectievelijk 1, 2 en 3 ohm, krijg je een spanning van respectievelijk 2, 4 en 6 volt. Probeer dat zelf eens te berekenen uit de formule:
U = I * R
Spanning = stroom * weerstand.
Let goed op het verschil tussen spanning en stroom. Zie het als een waterval. De spanning (potentiaalverschil) is het hoogteverschil van de waterval, en de stroom is de breedte van de waterval.
De weerstand zou als uitstekend stuk steen gezien kunnen worden, die een deel van de waterval tegenhoudt...
ps. Voor de echte experts onder ons, ik probeer de n00bs een beetje de beginselen te laten zien, waardoor ze zelf wat kunnen ondernemen...
Ik zag, ik nam en ik kwam...