Op dinsdag 27 november 2001 23:22 schreef Jag het volgende:
Met electrostaten (en magnetostaten trouwens ook) is het hetzelfde als met hoorns. De grootte bepaalt rechtstreeks de laagste frequentie die weergegeven kan worden.
Het klopt wat je zegt, maar ik wil nog ff iets toevoegen:
Er spelen nog twee factoren mee, waarom je niet zo snel een elektrostaat als subwoofer tegen zult komen.
1. Je zit met een "dipool"; een elektrostaat wordt zo'n beetje altijd in deze dipool opstelling gebruikt. Dat wil zeggen dat je zowel de geluidsgolf van de voor als de achterkant je kamer in jaagt. Geluidsgolven met een lage frequentie "gaan het hoekje om" en zullen elkaar gaan canceleln. Daarom rolt een electrostaat in de lage frequenties heel snel af. De enige manier om dit te voorkomen is om een hele brede elektrostaat te gebruiken. De breedte (of eigenlijk: de kleinste afmeting) bepaald dan de laagste weer te geven frequentie (Wat Jag dus zei, maar dan uitgebreider

)
2. Excursie: Een elekrostaat heeft maar een hele kleine uitwijking (0,5mm oid). En wat heb je nodig voor bas: Meer.
Kortom: Elektrostaten zijn geweldig (ik luister regelmatig naar een stel martin logan esl's, helaas niet van mezelf) en dat waar ze goed in zijn (=midden en hoog) doen ze briljant. Daar waar ze niet goed in zijn, doen ze maar middelmatig (=laag).
Mijn persoonlijke mening blijft dus overeind: Gebruik technologiën waar ze goed in zijn en ga geen kunstgrepen uithalen om ze voor iets in te zetten waar niet hun sterke punt ligt.
Sterke punt esl: mid/hoog. Beperkingen : excursie. gevolg van ontwerpkeuze: "dipole cancellation" (=puntje 1).
Dus zwakke punt esl: Laag.
Laat het daar dan fijn bij. Voor lage frequenties is er al een prachtige techniek: De dynamische driver. Gebruik die dan fijn in dat gebied.
* Raymond draaft door... Er is weer niks op tv