Je kan waarschijnlijk gewoon het volgende schema gebruiken, dat is simpeler:
Als de sensor 12V geeft dan brandt de LED niet want dan staat er 0V over (het verschil tussen de 12V van de sensor en de 12V van de batterij is 0). Er loopt dan helemaal geen stroom.
Als de sensor 0,5V geeft dan brandt de LED, want dan staat er 11,5V over de LED en weerstand (12V van de batterij min 0,5V van de sensor).
De LED heeft een spanningsval van ~2V, dus er staat 9,5V over de weerstand. Dit geeft een stroom van 19mA (9,5V gedeeld door 500 Ohm).
De LED kan praktisch gezien iedere gangbare LED zijn. Een hoog-vermogen LED kan niet, dan is er een transistor nodig.
Het andere schema (uit mijn vorige post) is alleen nodig als de sensor niet in staat is om current te sinken. Dit lijkt me onwaarschijnlijk.
In dat schema loopt er als de sensor hoog is een stroom van D1 door R1 naar GND van (12V-0,7V) / 500 Ohm = 23mA. Het knooppunt tussen D1, R1 en de LED is dan op 11,3V. Daardoor brandt de LED niet want hij ziet minder dan zijn forward voltage (het verschil tussen de 11,3V en 12V is met 0,7V niet voldoende om de LED te laten branden/geleiden).
Als de sensor uit gaat dan kun je de sensor en D1 wegdenken uit het schema; er loopt dan geen stroom meer vanuit de sensor over D1 en er kan ook geen stroom teruglopen de andere kant op over D1 (want het is een diode). Je hebt dan gewoon een LED die brandt (en de stroom is 20mA; 12V min de spanningsval van 2V van de LED gedeeld door 500 Ohm).
Die 23mA idle current kun je in dit geval terugbrengen naar nagenoeg 0 als je een transistor gebruikt, maar dat is weer een iets ingewikkelder schema.
Hier een voorbeeld daarvan. Dit heeft als extra voordeel dat je een veel krachtiger LED kan schakelen (of iets heel anders).
[
Voor 4% gewijzigd door
Tom-Z op 30-04-2019 00:00
]