Mijn avond (en werkdag op de stille momenten) aardig door elkaar geschud door het sterven van Bowie. Ik hoorde het van een collega, een man die alleen "moderne" muziek lijkt mooi te vinden. Die definitie voor modern kon ik altijd wat moeilijk vangen. Waarschijnlijk was die eenvoudig "jonger dan vijf jaar". Alles ouder dan dat was verjaard en "oude doos". Daar hield hij niet van. Elke keer als deze collega iets opmerkte over de oude doos dan sprong ik met beide benen in het rituele woordendansje door te zeggen dat het onderscheid tussen oude of nieuwe muziek niet zo relevant is, en het onderscheid tussen goede en slechte muziek wel.
Of muziek goed of slecht is, is natuurlijk ook een kwestie van smaak. Toch is er wel een indicatie dat muziek misschien goed kan zijn. Als muziek na heel veel jaren nog steeds gedraaid wordt, en meerdere generaties mensen kan aanspreken, dan is met die muziek toch iets bijzonders aan de hand.
Maar goed. Die collega kwam vanmorgen op mij af en zei me met een minzame glimlach dat hij mij ook wel een beetje kon condoleren. Hij bracht mij uiteindelijk het nieuws van Davids overlijden, en gaf mijn dag een set back.
Ik vrees dat ik mezelf geen typische Bowie fan kan noemen. In mijn jeugd, door een vijf jaar oudere zus

(heb nog steeds een toppop trauma), iets te veel blootgesteld geweest aan de invloeden van glamrock. Ik gooide Bowie in die tijd ook op die glamrock hoop, op zich niet zo gek. Zat zelf meer in de lijn van Zappa, Santana, King Crimson. Merry Chrismas Mr. Lawrence, een prachtige film en Soundtrack met Ryuichi Sakamoto bracht Bowie bij mij weer meer onder de aandacht. Sakamoto kende ik al uit de samenwerking met David Sylvian en Robert Fripp. Wat mij echter helemaal weer terug sleurde bij Bowie was zijn samenwerking met Brian Eno (Roxy Music) in Outside. Veel eerder had Bowie met Eno in Low samengewerkt. Een later album, Earthling, was weer een echte Bowie plaat die voor mij toch ook die Outside sfeer nog wat uitstraalde. De harde toon van deze beide albums vond ik bijzonder. Latere muziek (Heathen, Hours) werd weer wat zachter.
Waar de Nederlandse televisie vanavond naar mijn idee niet zo in is geslaagd is om Bowie neer te zetten als een artiest die steeds in staat was zich te transformeren en hierbij nieuwe muziekstijlen gebruikte. Door de kenners is het wel gezegd, maar de muziek samples bleven een beetje hangen in de '70 er en '80 er jaren. Voor het grote publiek bevond zich volgens mij een groot gat tussen de Lets Dance Bowie en de Bowie die Blackstar maakte.
Dat Bowie zijn hele leven heeft geproduceerd en is blijven vernieuwen is best bijzonder. Velen gaan toch een beetje in de herhaling. Hij had nog zeker drie mooie albums moeten maken.