Ik ben bezig met een installatiescript, waarbij een service wordt geinstalleerd onder het NT Authority\Network service account. Het installeren van de service gaat prima met behulp van SC create <servicenaam> binpath= <pad naar executable>,start= auto, obj= NT Authority\Network Service. Dit account moet ook worden aangemaakt in SQL Server (eigenlijk alle versies vanaf SQL Server 2005) op zowel engelstalige machines als nederlandstalige machines (en later wellicht ook duitse en franse machines).
Dat aanmaken van de accounts gebeurt via SQLCMD, met het commando
Dat werkt prima op engelstalige machines, maar op nederlandstalige machines wordt hier opeens de gebruikersnaam "netwerkservice" verwacht. In de serviceconsole zie je ook die nederlandse aanduiding staan, maar met het opvragen via SC qc <servicenaam> komt het engelstalige logonaccount tevoorschijn. Ook in de registry wordt hetzelfde (engelstalige) account gebruikt.
Hoe kan ik de nederlandse accountnaam ergens uitlezen (programmatisch?), Ik kan de naam uiteraard ook wel hard coderen, maar als ik dat kan voorkomen, dan graag...
Dat aanmaken van de accounts gebeurt via SQLCMD, met het commando
code:
1
2
| USE MASTER CREATE LOGIN [NT Authority\Network Service] FROM WINDOWS; GO |
Dat werkt prima op engelstalige machines, maar op nederlandstalige machines wordt hier opeens de gebruikersnaam "netwerkservice" verwacht. In de serviceconsole zie je ook die nederlandse aanduiding staan, maar met het opvragen via SC qc <servicenaam> komt het engelstalige logonaccount tevoorschijn. Ook in de registry wordt hetzelfde (engelstalige) account gebruikt.
Hoe kan ik de nederlandse accountnaam ergens uitlezen (programmatisch?), Ik kan de naam uiteraard ook wel hard coderen, maar als ik dat kan voorkomen, dan graag...