Een belangrijk aspect bij het succesvol switchen van OS A naar OS B is: bereid zijn alles wat je weet te vergeten. ik switch momenteel vrijwel constant heen en weer tussen Mac OSX, Windows 7 en GNOME3 (op Linux), en alle drie vereisen ze een unieke behandeling.
Voorbeeld: maximaliseren is iets dat ik onder OSX gewoon
niet doe. Het window-management is er niet op ingericht, en maakt het ook simpelweg onnodig. Onder Windows 7 doe ik dat echter al veel sneller, mede doordat de mogelijkheden voor 'window-tiling' in Windows van oudsher wat aan de primitieve kant zijn. Window-management in Windows is enorm 'taskbar-oriented'. Dat is niet slecht, het vereist enkel een andere manier van werken. GNOME3 werkt dan wederom anders.
Welke is beter? Lastig te zeggen. Op alle 3 krijg ik mijn werk gedaan, en alle 3 hebben ze voordelen en nadelen ten opzichte van de andere 2. Windows scoort beter in games, hardware support en multi-monitor. Linux geeft me eindeloze vrijheid (GNOME3 beu? Pakken we Openbox, of KDE, of twm, of ... ), en OSX wint op gebied van integratie. OSX laat me op dit moment mijn werk nog het snelst doen, maar dat heeft ook wel wat te maken met het feit dat ik de afgelopen 7 jaar vrijwel uitsluitend OSX gebruikt heb. En om eerlijk te zijn ben ik positief verrast over hoe goed ik uit de voeten kan met een combi van Windows 7, Putty, Xming, en een Debian VM. (Putty om de initiële SSH connectie met de VM te maken, Xming om Xterm in te openen en verder in te werken. Die opstelling in combinatie met het feit dat ik met Win7 in totaal 4 schermen kan hebben (waar ik met mijn MBP beperkt blijf tot 2) en ik zou in theorie zelfs productiever kunnen zijn op Windows
Als je maar aanpast
