Hallo, ik draai nooit (bewust althans) software die zoveel virtueel geheugen gebruikt dat het niet meer in het werkgeheugen past. Geheugen kost ook niet zoveel tegenwoordig. Is er dan nog een rechtvaardiging om een wisselbestand te hebben? Daaraan gerelateerd, de regel: wisselgrootte = 1.5 x werkgeheugen. Oftewel: hoe groter je werkgeheugen is, hoe groter de opvang (wisselbestand) moet zijn voor het geval dat je meer virtueel geheugen nodig mocht hebben dan je aan werkgeheugen hebt. Zou andersom niet veel logischer zijn? Hoe meer werkgeheugen, hoe minder wisselbestand. Iets van: wissel = MAX(0, gemiddeld-huidig), waarbij gemiddeld het gemiddeld benodigde virtuele geheugen is, en huidig het huidige werkgeheugen is. En ja, gemiddeld is natuurlijk aan verandering onderhevig, wat het niet zo'n praktische regel maakt.
Overigens begrijp ik het nut van wisselbestanden voor situaties waarin het benodigde virtuele geheugen tekort kan schieten volkomen, da's m'n punt niet. En excuus als m'n vraag op de verkeerde plaatst staat, het is nogal een algemene OS-vraag.
Bedankt!
Overigens begrijp ik het nut van wisselbestanden voor situaties waarin het benodigde virtuele geheugen tekort kan schieten volkomen, da's m'n punt niet. En excuus als m'n vraag op de verkeerde plaatst staat, het is nogal een algemene OS-vraag.
Bedankt!
[ Voor 5% gewijzigd door Verwijderd op 15-12-2010 12:29 ]