De gehele zaak is inmiddels afgehandeld, al heeft het heel lang geduurd.
Voor degene die er misschien nog iets aan heeft, dit is er allemaal gebeurd:
Na lang wachten en meermaals bellen en emailen zonder resultaat (duurde meerdere weken), kreeg ik antwoord van de winkelier dat de fabrikant bij het bedrag van 138,25 bleef en hij uit coulance dit kon verhogen naar 178,25. Daar ben ik ook niet mee akkoord gegaan, mede door de reacties hier op het forum.
Omdat de winkelier moeilijk bereikbaar was voor mij en ik het echt te lang vond duren (inmiddels al 3-4 maanden) heb ik de rechtsbijstand ingezet. Die heeft de volgende brief opgesteld, welke misschien ook voor anderen interessant is:
Tot mij heeft zich gewend de heer -knip-, wonende te -knip-. Cliënt heeft mij gevraagd contact met u op te nemen in verband met het volgende.
Op of omstreeks 24 september 2008 heeft cliënt bij u een Sapphire Radeon kaart gekocht voor een factuurwaarde van € 427,59 (incl. bezorging). Na levering zijn de volgende gebreken geconstateerd: Begin 2010 functioneerde een van de twee aansluitingen niet meer, waardoor er nog maar een beeldscherm kon worden aangesloten in plaats van twee.
Cliënt heeft hierover bij u gereclameerd. Het product is op 3 februari 2010 voor reparatie aan uw firma gezonden.
In de wet (art. 7: 17 Burgerlijk Wetboek) wordt vermeld dat de afgeleverde zaak aan de overeenkomst moet beantwoorden, waarbij de aard van de zaak en mededelingen die de verkoper gedaan heeft, een rol spelen. In ieder geval mag de koper verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik nodig zijn. Duidelijk is dat de hiervoor genoemde gebreken het normaal gebruik van de zaak in de weg staan. Er is met andere woorden sprake van “non-conformiteit”, zodat u verplicht bent deze gebreken kosteloos te herstellen (art. 7: 21 BW).
U stelt echter ontbinding van de koopovereenkomst voor. Graag ontvang ik allereerst bewijsstukken waaruit blijkt dat herstel dan wel vervanging niet mogelijk is. Tevens ontvang ik graag uw berekeningen waarop het door u voorgestelde restitutiebedrag op is gebasseerd; nu cliënt het bedrag onredelijk laag vindt. U geeft aan dat het bedrag door de fabrikant is aangedragen. Volledigheidshalve wijs ik u er op dat cliënt niet met de fabrikant maar met uw firma een overeenkomst heeft gesloten. Hoe u de kwestie verder afhandelt met de fabrikant is een kwestie tussen u en de fabrikant. Cliënt mocht er op vertrouwen dat een product van dergelijke kwaliteit een levensduur van vier jaar zou hebben. Nu het product na ruim 15 maanden kapot is gegaan is cliënt van mening dat een afschrijving van (maximaal) 1/3 van de aan-schafprijs redelijk is. Cliënt acht een restitutie van € 275,- dan ook redelijk.
Namens cliënt verzoek ik u, voor zover nodig sommeer ik u, om binnen twee weken na heden een bedrag van € 275,- over te maken op rekeningnummer -knip-.
Als u niet voldoet aan deze sommatie, zal ik namens cliënt aanspraak maken op vergoeding van de buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. Tevens overweegt cliënt dan het nemen van (rechts)maatregelen.
Ik ga er echter vanuit dat het zover niet hoeft te komen en u tijdig aan mijn sommatie zal voldoen.
In afwachting van uw tijdige betaling,
Hoogachtend,
De eis in de brief is vrij hoog neergezet met 275,- euro en uit te gaan van een levensduur van 4 jaar. Dit was het antwoord van de winkelier:
Geachte mevrouw -knip-,
Uit coulance kunnen wij 60 euro ex btw aanvullend crediteren.
Er zijn een aantal punten in deze brief waarop deze afgewezen kunnen worden:
Er word gesproken over na de levering dat er gebreken zijn geconstateerd. Dat kan 2 dingen betekenen:
• De zin is ongelukkig geformuleerd
• De klant heeft verzuimd om dit binnen de wettelijke termijn van 3 maanden te
melden (afwijsreden)
Er wordt ook gesproken over een vermeende non-conformiteit. In het wetboek staat dat de eindgebruiker dient aan te tonen dat het product buiten zijn schuld om defect is gegaan.
Bij een non-conformiteit gaat men er vanuit dat het defect bij afleveren in het product zit. Deze bewijslast ontbreekt bij deze brief, zonder deze bewijslast hoeven wij dit niet in behandeling te nemen.
De alinea met betrekking tot de bewijsstukken zijn niet relevant daar er geen bewijslast van de eindgebruiker bij deze claim zit. De eindgebruiker is immers degene die eist, dus bewijs dient de eindgebruiker te overhandigen.
Tevens zou ik graag willen zien waarop de levensduur gebaseerd is. 4 jaar is niet reëel, hooguit 3 jaar.
Graag verneem ik uw reactie in deze,
Met vriendelijke groet,
-knip-
Hiermee komt de winkelier met iets heel moeilijks in de garantie-wetgeving. Namelijk dat na 6 maanden de bewijslast bij de consument verschuift en dus zelf moet aantonen dat het defect niet zijn schuld is. En dat is vrijwel onmogelijk als consument. Wat ik persoonlijk ook wel enigszins gek vind is dat als bijvoorbeeld de
Toch gaf de winkelier wel een beetje toe en uiteindelijk is het bedrag verhoogd naar 233,25 euro. Dat vond ik een heel redelijk voorstel en ben hier mee akkoord gegaan. Alles tussen de 200-250 euro had ik goed gevonden. Al met al kan ik dus tevreden zijn met het resultaat, maar het heeft dan ook 6 maanden (!) geduurd.