Anoniem: 124325

Topicstarter
Voor een laminaire stroming analyse krijg ik geen eenduidige relatie tussen gemiddelde vloeistof snelheid en maximale snelheid.

Het betreft stroming in a plat kanaal met X-sectie afmeting B*h met B>>>h zodat de effecten van de zijkanten verwaarloosbaar is. The schuifspanning ss wordt gegeven als

ss=6Qμ/(Bh2)

http://www.descsite.nl/Pu...s/Bacabac/CHAPTER2prn.pdf


Als je hier de gemiddelde vloeistof snelheid vanuit Q=V*Bh in brengt is de schuifspanning

ss= 6μV/h. . . .(1)

Dit is in overeenstemming met diverse bronnen waar de schuifspanning voor platte kanalen gebruikt wordt.

De snelheid distributie van de vloeistof heeft een parabolische vorm als een functie van de afstand y van het ene oppervlak naar het andere. Dit is een gegeven dat in diverse bronnen gemeld wordt. Voorts wordt gemeld op diverse publicaties dat

V(gemiddeld) = 1/2 V(max). . .Vm halfweg tussen the twee parallelle platen.

Nu heb ik geprobeerd the fundamentele ontwikkeling van deze relatie te doorgronden en stuit in op een verschil in the ratio Vm/V.

Het Handbook of Fluid Dynamics by Streeter( ISBN: 07-0-62178-0) gaat door een nogal begrijpelijke maar niet echt te volgen analyse aan de hand van de opsomming van krachten op een vloeistof elementen (Impulse Momentum) en komt te voorschijn met een formule (op pagina 3-13) waaruit blijkt dat voor laminaire stroming tussen parallelle platen de relatie

Vm/V=3/2 geldt

terwijl dit door diverse applicaties in documenten gesteld wordt Vm/V=2 te zijn. Dit geldt volgens Streeter echter alleen voor stroming in cirkelvormige kanalen.

Ik vermoed dat Streeter correct is omdat hij zeer uitgebreid het verschil tussen stroming voor platte kanalen en cirkelvormige kanalen illustreert en duidelijk laat zien dat het snelheidsprofiel voor stroming tussen platen veel stomper is dan voor stroming in een cirkelvormig kanaal.

Het probleem is nu de vraag of de relatie voor schuifspanning

ss= 6μV/h

wel echt correct is en zo ja, hoe deze schuifspanning herleid kan worden van de fundamentele benadering die Streeter gebruikte. Streeter heeft vervolgens niet vergelijking (1) weergegeven als een resultaat van zijn analyse. Hij stelt slechts dat de schuifspanning a functie is van de uiteindelijke Delta P voor een kanaal met lengte L en een parameters r dat niet gedefinieerd is. Het kan een printfout zijn:

ss=P*r/L

Deze relatie heeft wel de juiste vorm maar ik kan er even niets met die parameter r voor een stroming tussen twee platen.

Kan een van jullie deze twee vormen voor de schuifspanning als numeriek identiek aantonen? Zo ja. hoe bepaal je dus dat Vm/V=3/2 correct is? Ik zit in een vicieuze cirkel vast.

Anoniem: 131051

nvm

[ Voor 100% gewijzigd door Anoniem: 131051 op 11-12-2008 03:50 ]


Anoniem: 179898

Ik heb het even opgezocht in mijn Stromingsleer boek: Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie)
En wat ik eruit haal:

Laminaire Stroming tussen 2 platen waarvan de zijkanten ver weg zijn (oneidig)
De snelheids distributie is idd parabolisch van vorm :

u = u_max*(1 - (y^2 / h^2 ))
u_max = (h^2 / 2mu)*(Delta_p / L)

u=snelheid
2h = de afstand tussen de platen
y = de afstand vanaf het midden naar waar je de snelheid wilt weten

De afleiding kan ik helaas niet vinden. Staan nog wel meer formules bij maar geen idee wat die betekenen.
Ik denk dat de schuifspanning gegeven word door Tau:

Tau_w = Mu(du/dy)=h*(delta_p / L) = 3*Mu*V / h
V = Q / A = (h^2 / 3Mu)*(delta_p / L) = 2/3 * u_max
Q = (2bh^3 / 3*mu)*(delta_p / L)

Zit ook een plaatje bij maar ik heb helaas geen scanner!
Hoop dat je hier iets aan hebt :)

Acties:
  • 0 Henk 'm!

  • .Tyr
  • Registratie: Maart 2006
  • Laatst online: 21-06-2022
Stromingsleer is alweer een tijdje geleden voor mij, maar wat ik mij kan herinneren van inleiding stromingsleer is het volgende.

Laminaire stromingen hebben de volgende vorm
in een ronde buis:
u=u[max] * (1 - r^2 / R^2)
met u[max] in het midden van de buis (r=0), r afstand tot midden van de buis en R de straal van de buis

in een rechthoekige buis (waarbij de diepte van de buis oneindig is, iig tov de hoogte):
u=u[max] * (1 - (y/h)^2)
met u[max] weer de maximale snelheid in het midden van de buis (y=0), y de hoogte tov het midden van de buis en 2h de hoogte van de buis (plaatsing van de x-as in het midden van de buis)

Als we dit gaan integreren om tot de gemiddelde snelheid te komen zul je voor de ronde buis uitkomen op de door jou gegeven U=1/2 u[max]. Voor de vlakke platen is dit ook uit te rekenen.
Omdat we alles zo makkelijk mogelijk willen houden kiezen we een assenstelsel dat zo handig mogelijk rekent. Voor een buis kiezen we daarom ipv een cartesiaanse coördinaten stelsel (x,y,z) voor een cilindercoördinaten stelsel (r,φ,z).

Dit alles doet echter niet terzake want je was geinterreseerd in schuifspanning.

De schuifspanning van een wand op een vloeistof is te vinden met de stress tensor (3x3 matrix). Deze stress tensor (voor newtonse vloeistoffen) is een functie van zowel de druk als de snelheidsgradient. Een redelijke (maar niet al te duidelijke) uitleg is te vinden bij onze vriend wikipedia:
Wikipedia: Stress (physics).
Ik kan morgen even in mijn diktaat van stromingsleer duiken om de exacte formule (begrijpelijk) neer te schrijven. Als we voor het gemak de zwaartekracht even negeren dan zal de enige invloed op de drukval de schuifspanning zijn. De drukval bepaald weer de stroomsnelheid. Al deze informatie kan je gebruiken om de schuifspanning op te schrijven in een vorm zoals jij die geeft.

Ik wil echter een gokje wagen. Stelt Streeter ergens dat we kijken naar een niet-visceuze flow (mu=0)? In dat geval is de stress tensor namelijk ALLEEN afhankelijk van de druk en dan mogen we gebruik maken van de Bernoulli vergelijking (mits er ook sprake is van een newtonse vloeistof met een constante dichtheid en stationaire flow)

Acties:
  • 0 Henk 'm!

Anoniem: 124325

Topicstarter
Anoniem: 179898 schreef op donderdag 11 december 2008 @ 22:18:
Ik heb het even opgezocht in mijn Stromingsleer boek: Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie)
En wat ik eruit haal:

Laminaire Stroming tussen 2 platen waarvan de zijkanten ver weg zijn (oneidig)
De snelheids distributie is idd parabolisch van vorm :

u = u_max*(1 - (y^2 / h^2 ))
u_max = (h^2 / 2mu)*(Delta_p / L)

u=snelheid
2h = de afstand tussen de platen
y = de afstand vanaf het midden naar waar je de snelheid wilt weten
De eerste vergelijking is inderdaad waar in naar zocht om de integratie te kunnen uitvoeren! Streeter formuleerde het resultaat van zijn analyse in een vorm die ik niet kon herleiden naar deze parabolische functie.
De afleiding kan ik helaas niet vinden. Staan nog wel meer formules bij maar geen idee wat die betekenen.
Ik denk dat de schuifspanning gegeven word door Tau:

Tau_w = Mu(du/dy)=h*(delta_p / L) = 3*Mu*V / h
V = Q / A = (h^2 / 3Mu)*(delta_p / L) = 2/3 * u_max
Q = (2bh^3 / 3*mu)*(delta_p / L)

Zit ook een plaatje bij maar ik heb helaas geen scanner!
Hoop dat je hier iets aan hebt :)
Zeker weten helpt het! De fundamentele afleiding had ik wel maar ik volgde het niet helemaal tot het einde vanwege onduidelijke variabelen. Streeter voerde alleen op dat de analyse voor stroming tussen platen op de zelfde wijze uitgevoerd kon worden maar verzuimde het te laten zien!

Je resultaat geeft aan dat the expressie voor tau=ss=3μV/h is zoals ik dat uit andere bronnen gevonden heb en dus kan ik aannemen dat het correct is.
Voorts geeft het aan dat het resultaat dat Streeter gaf: V/Vm=3/2 ook overeenkomt met jouw resultaat.
Dit geeft me nagenoeg de zekerheid dat beide expressies correct zijn.

Bedankt!

@ .Tyr

Jouw gegevens kloppen met wat TwixKing schreef!
Voor een buis kiezen we daarom ipv een cartesiaanse coördinaten stelsel (x,y,z) voor een cilindercoördinaten stelsel (r,φ,z).
Klopt.
Ik probeerde de relatie vanuit de fundamentele opsomming van differentiaal krachten dF=tau*dA uit te werken maar dan is er nog missende informatie vanuit the Impulse Momentum vergelijking en daar ging het mis voor me.

Streeter gebruikte wel degelijk een vicieuze Newtoniaanse vloeistof. Zou de viscositeit 0 gebruikt worden dan zou de schuifspanning 0 zijn en zou de Delta P voor constante stroming alleen afhangen van "body forces" zoals zwaartekracht etc.

Ook bedankt voor je inzet!

Ik ben er uit.

Anoniem: 124325

Topicstarter
Anoniem: 179898 schreef op donderdag 11 december 2008 @ 22:18:
Ik heb het even opgezocht in mijn Stromingsleer boek: Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie)
En wat ik eruit haal:

Laminaire Stroming tussen 2 platen waarvan de zijkanten ver weg zijn (oneidig)
De snelheids distributie is idd parabolisch van vorm :

u = u_max*(1 - (y^2 / h^2 ))
u_max = (h^2 / 2mu)*(Delta_p / L)

u=snelheid
2h = de afstand tussen de platen
y = de afstand vanaf het midden naar waar je de snelheid wilt weten

. . .
Hoi TwixKing.
Al eerder bedankte in je en anderen voor het leveren van andere info.bronnen waaruit blijkt dat Streeter was correct. Ik ben iemand in Canada aan het helpen die iets met Tesla turbines wil doen en ik heb voor hem een koppel-berekening gemaakt voor een Tesla turbine waarvoor the ik laminaire schuifspanning voor platte brede kanalen gebruikt heb. Tussen draaiende discs is de stroming weel weer geheel anders maar toch laminair en je kan orde-vangroote-berekeningen goed uitvoeren. Mijn Canadese contact wilde graag de achtergrond referenties hebben van Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie). . .Uitgever, ISBN nummer en dergelijke, zodat hij zich zelf er een beetje in kan verdiepen. De Streeter refrentie kon hij wel vinden maar ik zelf vond de uitvoering van het bewijs het niet helemaal duidelijk(ik denk dat er een printfout in zat omdat er sprake was van een radius in het antwoord en dat is voor een plat kanaal niet makkelijk toe te passen. Vandaar dat ik andere bronnen wilde opzoeken.

Je kan desnoods the informatie opsturen naar -knip- en melden dat je dit met mijn goedkeuring gedaan hebt. Het antwoord here posten is ook goed.

Bedankt

[ Voor 3% gewijzigd door Opi op 19-12-2008 00:35 . Reden: Daar is een forum niet voor. Post de info in het topic ]


Acties:
  • 0 Henk 'm!

Anoniem: 179898

Anoniem: 124325 schreef op donderdag 18 december 2008 @ 18:53:
[...]


Hoi TwixKing.
Al eerder bedankte in je en anderen voor het leveren van andere info.bronnen waaruit blijkt dat Streeter was correct. Ik ben iemand in Canada aan het helpen die iets met Tesla turbines wil doen en ik heb voor hem een koppel-berekening gemaakt voor een Tesla turbine waarvoor the ik laminaire schuifspanning voor platte brede kanalen gebruikt heb. Tussen draaiende discs is de stroming weel weer geheel anders maar toch laminair en je kan orde-vangroote-berekeningen goed uitvoeren. Mijn Canadese contact wilde graag de achtergrond referenties hebben van Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie). . .Uitgever, ISBN nummer en dergelijke, zodat hij zich zelf er een beetje in kan verdiepen. De Streeter refrentie kon hij wel vinden maar ik zelf vond de uitvoering van het bewijs het niet helemaal duidelijk(ik denk dat er een printfout in zat omdat er sprake was van een radius in het antwoord en dat is voor een plat kanaal niet makkelijk toe te passen. Vandaar dat ik andere bronnen wilde opzoeken.

Je kan desnoods the informatie opsturen naar [mbr]-knip-[/mbr] en melden dat je dit met mijn goedkeuring gedaan hebt. Het antwoord here posten is ook goed.

Bedankt
Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie)
McGraw Hill International Edition

ISBN 978-0-07-128645-9
MHID 0-07-128645-4

Part of

ISBN 978-0-07-128646-6
MHID 0-07-128646-2

Acties:
  • 0 Henk 'm!

Anoniem: 124325

Topicstarter
Anoniem: 179898 schreef op vrijdag 02 januari 2009 @ 17:11:

[extra references laminaire stroming //platen]


Fluid Mechanics van Frank M. White (6e editie)
McGraw Hill International Edition

ISBN 978-0-07-128645-9
MHID 0-07-128645-4

Part of

ISBN 978-0-07-128646-6
MHID 0-07-128646-2
Nogmaals bedankt.
Ik stuur de informate door naar de Canadees die er naar vroeg.

Happy new Year everybody!
Pagina: 1