Wie kan mij uitleggen hoe het zit met kwantummechanica en toeval? Als ik namelijk de "leken" uitleggen van kwantummechanica lees, blijf ik toch altijd met een paar vragen zitten.
1. Onzekerheidrelatie van Heisenberg. Dit is één van de grondslagen van de kwantummechanica. Meestal als ik de uitleg ervan lees, dan wordt er niet meer gezegd dan dat je op één moment niet zowel de positie en impuls van een deeltje kan bepalen. Hoe meer zekerheid je hebt over het ene, hoe minder over het andere. Een voor mij inzichtelijke uitleg vind ik altijd de foto van een rijdende brommer (stond in mijn VWO natuurkunde boek). Of je neemt een foto met korte sluitertijd en je hebt haarscherp de brommer op de plaat staan en je weet zijn positie. Alleen weet je niks over zijn snelheid. Neem je een lange sluitertijd dan kun je de snelheid bepalen, maar niet meer de positie.
Dat kan ik allemaal nog wel vatten, maar dat is volgens mij niet wat Heisenbreg bedoelde en zo lees ik het ook wel in de openingszin van de Wiki erover. Daar staat namelijk dat van een bepaalde set grootheden de beide waarden niet gelijktijdig vastliggen. Dat is wat anders dan niet kunnen bepalen, want dan zou het namelijk ook wel kunnen vastliggen, maar niet gelijktijdig te meten zijn.
Probleem voor mij is nu, dat de voorbeelden niet aansluiten bij wat de onzekerheidsrelatie echt zou inhouden. Is er iemand die voor een leek kan uitleggen dat zo'n paar ook daadwerkelijk niet echt vastligt en hoe dat bewezen kan worden?
2. Hoewel niet iedereen het er over eens is, wordt meestal gezegd dat er in de kwantummechanica geen sprake kan zijn van verborgen mechanismen. Dus dat er geen sprake is van een zwarte doos. Wij kunnen in de kwantummechanica alleen nog werken met waarschijnlijkheden en we kunnen "uitsluiten" dat we ooit een onderliggend mechanisme vinden. Dit zou bewezen zijn in de Bell Test experimenten. Als ik de wiki daarvan echter lees, dan snap ik er geen drol van. Hoe kun je uitsluiten dat er niet sprake is van verborgen mechanismen?
3. Als er geen verborgen mechanismen zijn. Hoe kan het dan dat we de waarschijnlijkheden wel heel (deterministisch) nauwkeurig kunnen voorspellen? Want als er geen mechanisme is dan is het voor een leek als ik moeilijk in te zien dat er niet altijd 50/50 uitkomt. Dat zou ik namelijk zeggen als ik denk aan puur toeval.
Ik weet dat als je iets van kwantummechanica probeert te begrijpen dat voor de meesten geldt dat ze eerst wat logica moeten loslaten om het te kunnen (en willen) begrijpen, maar probleem is dat ik zoek naar iets dat ik kan begrijpen dat voor mijn oude logica in de plaats komt
Ik stel de vragen overigens, omdat ik echt het idee heb dat de wereld determistisch is (waarmee ik niet wil zeggen dat het ook voorspelbaar is), maar vaak wordt de kwantummechanica gebruikt als argument tegen determinisme gebruikt. Nu is er natuurlijk (nog steeds) discussie of kwantummechanica te verenigen is met determinisme, maar ik wil de kant proberen te begrijpen die zegt dat het niet zo is (de kant met de meeste aanhangers volgens mij, waaronder Confusion zag ik in de search). Daarvoor zal ik eerst de boel een klein beetje beter moeten proberen te begrijpen en ik hoop dat dat met het antwoord op deze vragen lukt.
1. Onzekerheidrelatie van Heisenberg. Dit is één van de grondslagen van de kwantummechanica. Meestal als ik de uitleg ervan lees, dan wordt er niet meer gezegd dan dat je op één moment niet zowel de positie en impuls van een deeltje kan bepalen. Hoe meer zekerheid je hebt over het ene, hoe minder over het andere. Een voor mij inzichtelijke uitleg vind ik altijd de foto van een rijdende brommer (stond in mijn VWO natuurkunde boek). Of je neemt een foto met korte sluitertijd en je hebt haarscherp de brommer op de plaat staan en je weet zijn positie. Alleen weet je niks over zijn snelheid. Neem je een lange sluitertijd dan kun je de snelheid bepalen, maar niet meer de positie.
Dat kan ik allemaal nog wel vatten, maar dat is volgens mij niet wat Heisenbreg bedoelde en zo lees ik het ook wel in de openingszin van de Wiki erover. Daar staat namelijk dat van een bepaalde set grootheden de beide waarden niet gelijktijdig vastliggen. Dat is wat anders dan niet kunnen bepalen, want dan zou het namelijk ook wel kunnen vastliggen, maar niet gelijktijdig te meten zijn.
Probleem voor mij is nu, dat de voorbeelden niet aansluiten bij wat de onzekerheidsrelatie echt zou inhouden. Is er iemand die voor een leek kan uitleggen dat zo'n paar ook daadwerkelijk niet echt vastligt en hoe dat bewezen kan worden?
2. Hoewel niet iedereen het er over eens is, wordt meestal gezegd dat er in de kwantummechanica geen sprake kan zijn van verborgen mechanismen. Dus dat er geen sprake is van een zwarte doos. Wij kunnen in de kwantummechanica alleen nog werken met waarschijnlijkheden en we kunnen "uitsluiten" dat we ooit een onderliggend mechanisme vinden. Dit zou bewezen zijn in de Bell Test experimenten. Als ik de wiki daarvan echter lees, dan snap ik er geen drol van. Hoe kun je uitsluiten dat er niet sprake is van verborgen mechanismen?
3. Als er geen verborgen mechanismen zijn. Hoe kan het dan dat we de waarschijnlijkheden wel heel (deterministisch) nauwkeurig kunnen voorspellen? Want als er geen mechanisme is dan is het voor een leek als ik moeilijk in te zien dat er niet altijd 50/50 uitkomt. Dat zou ik namelijk zeggen als ik denk aan puur toeval.
Ik weet dat als je iets van kwantummechanica probeert te begrijpen dat voor de meesten geldt dat ze eerst wat logica moeten loslaten om het te kunnen (en willen) begrijpen, maar probleem is dat ik zoek naar iets dat ik kan begrijpen dat voor mijn oude logica in de plaats komt
Ik stel de vragen overigens, omdat ik echt het idee heb dat de wereld determistisch is (waarmee ik niet wil zeggen dat het ook voorspelbaar is), maar vaak wordt de kwantummechanica gebruikt als argument tegen determinisme gebruikt. Nu is er natuurlijk (nog steeds) discussie of kwantummechanica te verenigen is met determinisme, maar ik wil de kant proberen te begrijpen die zegt dat het niet zo is (de kant met de meeste aanhangers volgens mij, waaronder Confusion zag ik in de search). Daarvoor zal ik eerst de boel een klein beetje beter moeten proberen te begrijpen en ik hoop dat dat met het antwoord op deze vragen lukt.