Om de vage topictitel even te verantwoorden:
Stel men hebbe een object A dat met snelheid v beweegt ten opzichte van een gesloten ruimte B. De snelheid v kan dan niet sneller zijn dan de lichtsnelheid, dat snap ik.
Vervolgens vatten we de gesloten ruimte B op als een object, wat we in een gesloten ruimte C stoppen, en we laten B met snelheid v bewegen in ruimte C. De absolute snelheid van object A (voor een waarnemer die zich buiten gesloten ruimte B bevindt) is nu 2 maal v.
Tot hier zal iedereen het hopelijk met mij eens zijn.
Maar wat nu als we die 2e stap recursief uitvoeren. Dus we vatten C weer op als een object dat met snelheid v beweegt in een ruimte D, etc. De absolute snelheid zal steeds oplopen, maar waar ligt hier de limiet? Zit ik nou verkeerd met mijn definitie van snelheid of is er iets anders mis...
Plaatje ter verduidelijking:
Stel men hebbe een object A dat met snelheid v beweegt ten opzichte van een gesloten ruimte B. De snelheid v kan dan niet sneller zijn dan de lichtsnelheid, dat snap ik.
Vervolgens vatten we de gesloten ruimte B op als een object, wat we in een gesloten ruimte C stoppen, en we laten B met snelheid v bewegen in ruimte C. De absolute snelheid van object A (voor een waarnemer die zich buiten gesloten ruimte B bevindt) is nu 2 maal v.
Tot hier zal iedereen het hopelijk met mij eens zijn.
Maar wat nu als we die 2e stap recursief uitvoeren. Dus we vatten C weer op als een object dat met snelheid v beweegt in een ruimte D, etc. De absolute snelheid zal steeds oplopen, maar waar ligt hier de limiet? Zit ik nou verkeerd met mijn definitie van snelheid of is er iets anders mis...
Plaatje ter verduidelijking: